Spreekstoel of preekstoel
„Het spreekgestoelte in de Tweede Kamer is géén preekstoel”, aldus een recent redactioneel commentaar in een christelijke ochtendkrant. Een bekend gezegde, dat sommige christenpolitici gretig aanhalen om zich te kunnen beperken tot het bedrijven van louter praktische politiek.
De redacteur van de betreffende krant betrok het gezegde op premier Balkenende. Voor Balkenende zou het christelijk geloof zijn politieke keuzes bepalen. In de politiek gaat het er echter niet om dat gelóóf te prediken, maar om die concrete keuzes te verwerkelijken. Zo wil Balkenende herstel van waarden en normen, maar op welk fundament die gebaseerd moeten zijn, geeft hij niet aan. Dat zou ”privé” zijn. Hoewel hierbij -volgens de redacteur- wel kanttekeningen zijn te plaatsen, moeten christenpolitici in de politieke praktijk nu eenmaal vooral gewoon handwerk verrichten.
Deze gedachtegang is breder verspreid dan gedacht. De conservatieve wind die in ons land is opgestoken, brengt ook de reformatorische kring in vervoering. Herstel van waarden en normen, fatsoen, een goed en hoogstaand leven, boeven achter tralies, et cetera. Erg aansprekend uiteraard.
Dat het echter in het publieke leven allereerst gaat om de eer van God en niet alleen om een behaaglijk burgerleventje, verdwijnt zomaar op de achtergrond. Voor het conservatisme speelt deze notie geen rol.
Bij het Edmund Burke Instituut -broedplaats voor behoudzuchtige denkers- kan men slechts een functie vervullen indien de SGP-veren worden afgeschud. De waarschuwing van de theoloog J. H. Gunning jr. (geschreven aan Groen van Prinsterer in 1873) blijft actueel. Hij noemde het conservatisme een verwarrend vormenspel dat, als de geest en kracht van de christelijke belijdenis verdwijnt, met eerbiedwaardige woorden haar aftocht dekt.
Praktisch
Christenpolitici mogen zich niet uitleveren aan stromingen die op zich goede waarden nastreven, maar die deze waarden loskoppelen van de dienst aan God. De ultieme doelstelling van christenpolitici ligt immers elders, hoger. Bovendien kunnen de belangrijkste (christelijke) waarden en normen niet worden bereikt zonder de expliciete oproep om te buigen voor Gods Woord. Met alleen rationeel-menselijke argumenten valt nu eenmaal geen overtuigend verzet aan te tekenen tegen het homohuwelijk, de gelijkschakelijking van man en vrouw, zondagsontheiliging, drugsgebruik, abortus, euthanasie, et cetera. Integendeel. De ratio is vaak een bondgenoot van deze ongewenste ontwikkelingen.
Hier is meer nodig. Verlichte ogen van het verstand. Niet minder dan bekering is vereist. Alleen een terugkeer naar Gods Woord, waarin de grondslagen van recht en moraal, gezag en vrijheid zijn neergelegd, biedt uitkomst. Als men dit beseft, wordt duidelijk dat een christenpoliticus nooit alléén maar kan oproepen om bepaalde waarden en normen na te volgen. Hij zal dit altijd verbinden met de oproep om te buigen voor de Heere. De oorzaak van het blind zijn voor waarden en normen die er werkelijk toe doen, ligt immers in het ongeloof.
Om deze kwaal te verdrijven, is het niet genoeg om de symptomen te bestrijden. De kiem moet worden aangepakt. Een wezenskenmerk van christelijke politiek is daarom het opwekken van overheid en volk om Gods soevereiniteit te erkennen. Niets is zo praktisch als een helder getuigenis!
Predikant
”Tot de wet en de getuigenis”. Ook een bekend gezegde, maar vol perspectief. Een christenpoliticus dient als evangeliebelijder de heersende ongeloofstheorieën te ontmaskeren. Dat is overigens iets anders dan een naar politiek terrein afgedwaald predikant; al bestaat hiertegen geen enkel bezwaar. Hoewel deze opdracht primair de taak van de kerk is, doet dit aan de verantwoordelijkheid van christenpolitici niets af. Voor de waarheid uitkomen is altijd plicht en is vooral plicht wanneer men haar miskent. Hoe zouden zij ook kunnen verzwijgen, waarmee het welzijn van Nederland het meest is gediend?
Dit is geen lichte taak. Het lijden vormt altijd het keurmerk op het ware belijden van Gods naam. Daarom geldt, dat de christen die in de politiek aanzien en erkenning zoekt, tot dit belijden niet in staat is. Eén vrijuit sprekende christenpoliticus kan echter genoeg zijn om Nederland in vuur te zetten!
Mr. D. J. H. van Dijk, beleidsmedewerker voor de Tweede-Kamerfractie van de SGP.