Prijzen olie en voedsel domineren G-8-top
De tot recordhoogten gestegen prijzen van olie en voedsel domineren de agenda van de ministers van Financiën van de G-8, als zij dit weekeinde bijeenkomen in de Japanse stad Osaka.
De acht invloedrijkste industrielanden -de Verenigde Staten, Japan, Groot-Brittannië, Duitsland, Frankrijk, Canada, Italië en Rusland- staan onder toenemende druk om in te grijpen om voedsel en brandstof betaalbaar te houden.De zorgen over de alsmaar oplopende olieprijs hebben zelfs de kredietcrisis, die de financiële markten nog steeds parten speelt, naar de achtergrond gedrukt. De dure olie wakkert de inflatie, die met name in de VS en Europa toch al in de lift zit, verder aan. Ook dreigt de olieprijs een extra rem te zetten op de economische groei, die in het slop is geraakt als gevolg van de problemen op de internationale kredietmarkt.
Afnemende olievoorraden in de VS, een groeiende vraag uit opkomende markten en politieke spanningen in belangrijke oliegebieden zijn de drijvende krachten achter de stevige opmars van de olieprijs. Daarbij komt dat beleggers en speculanten meer dan ooit hun geld in olie steken als gevolg van de onrust op de effectenmarkten en de lage stand van de Amerikaanse dollar. Ook dat stimuleert de vraag en leidt zo tot hogere prijzen.
Vorige week vrijdag nog bereikte de olieprijs een nieuw record op ruim 139 dollar per vat (van 159 liter). Dat is een vervijfvoudiging ten opzichte van vijf jaar geleden. Een verhoging van de productie zou de overspannen markt enigszins kunnen kalmeren. De energieministers van de G-8 zagen vorige week echter af van een oproep aan het oliekartel OPEC om de productie van ruwe olie op te schroeven.
De OPEC wijst met de beschuldigende vinger naar speculanten. De vraag die zich dan ook meer en meer opdringt, is of overheden mogen ingrijpen in de markt. De Italiaanse minister van Economische Zaken, Tremonti, pleitte donderdag in The Wall Street Journal voor maatregelen om speculatie op de oliemarkt tegen te gaan. De Duitse onderminister Mirow brak een lans voor meer transparantie in de oliemarkt om grip te krijgen op de prijs.
De Canadese minister van Financiën, Flaherty, liet eerder deze week evenwel optekenen dat wat hem betreft de markt de olieprijs dient te bepalen en niet de regeringen. Wel zei hij open te staan voor ideeën om de olieproductie op te voeren en zo de prijs te drukken. „Maar er is geen mogelijkheid om iemand ergens toe te dwingen”, plaatste hij als kanttekening. De VS zien juist meer in maatregelen die de topverbruikers minder afhankelijk maken van olie.
Ook de voedselcrisis staat hoog op de agenda in Osaka, waar de basis moet worden gelegd voor de topontmoeting volgende maand van de regeringsleiders van de G-8. De prijzen van essentiële voedingsmiddelen, zoals rijst en graan, zijn het afgelopen jaar de pan uitgerezen. Dat komt niet alleen door een stijgende vraag naar voedsel, maar ook doordat de productie van biologische brandstoffen steeds meer landbouwgrond opslokt.