Ook omdat eenheid tegen ons vlees ingaat, het kost veel zelfverloochening om iemand als christen te erkennen die zich anders kleedt en het wat anders beleeft. Wie een ander uniform aan heeft, wordt als vijand gezien. We willen niet gestoord worden in al het ons vertrouwde, de meeste sympathie hebben we toch voor ’ons soort mensen’, we voelen ons niet zo op ons gemak te midden van andersdenkenden. We willen ons thuis voelen, terwijl noch de wereld, noch de kerk, maar de hemel ons thuis is.In grote lijnen: verdeeldheid gaat vanzelf, eenheid kost veel zelfverloochening, energie en gebed.

Jan R. Brouwer

Prins Clausstraat 58

8281 DD Genemuiden

PZC
Volgens hoofdredacteur Peter Jansen weet zijn krant, de PZC, sinds jaar en dag alle gemeenschappen in Zeeland te vriend te houden (RD 29-5). Wij echter betuigen het tegenovergestelde. Elke keer wanneer de PZC ons onder ogen komt, stoten wij ons aan de inhoud. Wanneer wij bijvoorbeeld letten op de uitingen door columnisten en cartoonisten over Pasen en kerstfeest, begrijpen wij niet dat zo veel christenen deze krant kunnen lezen. Wanneer wij hierover met hun hoofdredactie bellen, blijkt er geen begrip te bestaan voor onze principes. Volgens de hoofdredacteur wil hij zulke medewerkers geen strobreed in de weg leggen.

Deze krant hoort niet in onze gezinnen thuis. Er is een betere.

A. J. Fierloos

A. van Burenlaan 5

4461 SJ Goes

Rapport-Cnossen (V)
Leen van Dijke vindt geen reden, om de CU te verlaten als men het rapport van de commissie-Cnossen aanneemt (RD 31-5). Hij vindt dat de partij geen onderscheid maakt tussen mensen en hij vervolgt door te zeggen dat Christus ons is voorgegaan en dat wij zijn leerlingen zijn. Wat moet een christen hiermee die oprecht volgens Gods Woord wil en moet leven, onberispelijk en heilig? Werelds leven, maar ook een christen zijn, dat is nu precies waarom het nu draait. Van alle kanten wil men Gods Woord afslanken en compromissen sluiten met de Heere God, maar dat kan en mag nooit.

Wij leven in een tijd van grote afval en dat moet duidelijk zijn. Pederastie en sodomie, homoseksuele praktijken waren in de oudheid zeer verbreid (zie onder andere Genesis 19:5; Leviticus 18:21,22,23). Zo ook in Israël en in de Grieks-Romeinse wereld (Romeinen 1:27). En in die tijd leven we nu; de verleiding is groot en de duivel gaat nog steeds rond zoekende wie hij kan verslinden. Christus is ons voorgegaan, maar Christus gaat ons niet voor in de zonde. Wie homoseksualiteit gaat goedkeuren is geen christen.

M. Heuvelman

Pr. Bernhardlaan 81

6713 MB Ede

Emo
De column ”emo” van ds. Beens in het (RD 4-6) heeft natuurlijk een enigszins lichtvoetig karakter en zal als zodanig moeten worden gelezen, maar de typering van het verschijnsel emo is daardoor niet minder raak. Men hoeft geen pessimist te zijn om te zien dat onze samenleving zich in een proces van voorlopig onomkeerbare vulgarisering en trivialisering bevindt. Ondanks de toename van het gemiddelde opleidingsniveau lijken de onnozelheid van gesprekken en de infantilisering van reacties alleen maar toegenomen te zijn en verbijsterd kan men zich soms afvragen hoe het toch mogelijk is dat in een tijdsbestek van enkele decennia een samenleving zo sentimenteel en onvolwassen kan zijn geworden als onze Nederlandse. Van de door Waterink in 1943 geconstateerde degelijkheid als het kenmerk van de Nederlander is wel heel weinig overgebleven. En nog is het einde niet in zicht.

Ten slotte zij vermeld dat de door ds. Beens geciteerde dichtregel ”Verlos ons van de preektoon, Heer” een regel is uit een van de lekedichtjes van P. A. de Genestet (1829-1861). In zijn geheel luidt het als volgt:

Verlos van de preektoon, Heer
Geef ons natuur en waarheid weer!
Een waarheid die ook na ruim anderhalve eeuw niets van haar geldigheid heeft verloren.

O. W. Dubois

Kerkweg 18

2825 BS Berkenwoude