Iedereen tuurt naar een mobiel journaal
Voor het raam staan gerbera’s in lege colaflesjes. Twee gele, twee roze, een oranje en een witte. Niemand kijkt ernaar. Iedereen tuurt naar zijn mobieltje, waarop het NOS Journaal te volgen is.
In het negentiende-eeuwse Regulateurshuis, in het Westerpark in Amsterdam, presenteerde de NOS dinsdag zijn nieuwste manier om mensen het nieuws mee te geven: via tv op mobieltjes.Wat bracht de NOS -„die altijd de statige, deftige staatsomroep was die eerder overal achteraan hobbelde dan dat hij alles wat mogelijk was benutte”- zover dat het als eerste nieuwsaanbieder in Nederland snel teletekstnieuws, live-tv en -video voor mobieltjes levert? Tim Overdiek, tot voor kort correspondent in Londen en tegenwoordig adjunct-hoofdredacteur bij NOS, zocht daar dinsdag een antwoord op via stellingen die hij algemeen directeur Gerard Dielessen voorlegde.
De eerste sprak Dielessen ooit zelf uit: ”Het maakt niet uit hoe en waar mensen kijken, als ze maar kijken.” Naar uitzendingen van de NOS, in dit geval. Die uitspraak vormt een belangrijke beweegreden voor het nieuwe product: „Als ze ons maar vinden, op welk platform dan ook.”
De volgende stellingen sluiten erbij aan. ”We willen daar zijn waar het publiek is.” En dat zit in de trein, bijvoorbeeld. Bellend. Of wachtend op de bus die niet komt. Momenten waarop mensen tijd hebben om Teletekst te lezen.
”Ik zou graag nieuws op het lcd-scherm van mijn magnetron willen.” „Zeker”, zegt Dielessen. „Zo kun je ook in de keuken zien wat er in de wereld gebeurt. Let eens op hoeveel schermen je in huis hebt en hoeveel mogelijkheden om informatie weer te geven.”
Een mobiel platform, zo noemt de publieke omroep zijn product. De nieuwsvoorziening via de mobiele telefoon verloopt onder meer via de NOS Mobielapplicatie, de website m.nos.nl en een teletekstservice voor de iPhone.
Perfect is het platform nog niet, gaf Roeland Stekelenburg, hoofd nieuwe media bij NOS, aan. „Je moet af en toe op je snufferd durven gaan - dat riskeren we niet bij het achtuurjournaal, maar wel bij de mobiele producten. Deze lancering betekent eerder het begin van een proces dan de afsluiting. We zullen dit product nog heel lang doorontwikkelen.”
Nieuwe media vragen om „snel schakelen”, aldus Stekelenburg, en niet zozeer langetermijnplanningen. De NOS houdt daarom vanaf nu reacties van het publiek en meldingen van technische struikelblokken nauwlettend in de gaten.
In 2007 telde Nederland 1,6 miljoen actieve surfers onder de mobiele telefoniegebruikers, meldt Stekelenburg. Wat betreft de geraadpleegde informatie zit de groei vooral in het nieuws (290 procent), verkeer (58 procent) en het weer (27 procent). In de leeftijd van 13 tot 34 vond 97 procent Teletekst een actueel medium.
Al deze zaken én alle grote sportevenementen transporteert de NOS naar mobieltjes. Moderne mobieltjes weliswaar, want oudjes van twee jaar hebben er moeite mee of kunnen het niet aan.
De applicatie die dit alles mogelijk maakt, is gratis. Maar de kosten voor het gebruik van een dataverbinding kunnen door bijvoorbeeld KPN, Vodafone en T-Mobile worden doorberekend - afhankelijk van het abonnement. Extreem voorbeeld: NOS-nieuws bekijken terwijl je in China zit kan wel, maar „één journaaltje kan je zo 60 euro kosten.”
Een ideaal van Stekelenburg is een voorziening die persoonlijk op de gebruiker is afgesteld. „Ik wil graag richting de situatie dat de NOS jou, terwijl je op de A27 rijdt, verkeersinformatie over de A27 doorgeeft, en niet over de A4.”