Koninklijk Huis

„Zet daar je voetjes maar op, stumperd”

Niet alleen de koningin viert dit jaar haar 70e verjaardag; ook de Oranjevereniging Uddel heeft een 70-jarig jubileum te vieren. Zaterdag viert het dorp dat met een groot schaapscheerdersfeest bij het Uddelermeer. Maar hoe nauw is de band tussen het koningshuis en de Oranjes eigenlijk?

30 May 2008 09:14Gewijzigd op 14 November 2020 05:54
Prinses Juliana (rechtsvoor) op de foto met de Uddelse meisjes die samen met haar op naailes zaten. Antje van ’t Slot gaf deze lessen in de houten barak die als dorpshuis fungeerde. Foto’s G. Bronkhorst Gzn.
Prinses Juliana (rechtsvoor) op de foto met de Uddelse meisjes die samen met haar op naailes zaten. Antje van ’t Slot gaf deze lessen in de houten barak die als dorpshuis fungeerde. Foto’s G. Bronkhorst Gzn.

Alleen de plek van het feest bewijst al hoe oud de banden tussen het Veluwse dorp en het Oranjehuis zijn. Op 18 april 1698 kocht Prins Willem III voor 2500 gulden het Uddeler- en Bleekermeer en de tussenliggende gronden met daarop de Huneschans. De prins liet op de plek van de oude hoeve Meerveld een nieuw jachthuis bouwen met een stal voor veertig paarden.Het jachthuis staat er nog steeds en wordt nu al door de vijfde generatie van de familie Versteeg bewoond. In het huis is een stijlkamer met een grote betegelde schouw. Als de leden van het Koninklijk Huis kwamen jagen in de buurt van Uddel, diende het personeel ’s middags in deze deftige ruimte een maaltijd op.

In de loop van de tijd bleek Uddel een geliefde plek voor de Oranjes. Zo kwamen Prins Willem IV en Stadhouder Willem V halverwege de achttiende eeuw graag vissen op het Uddelermeer. Na de inval van de Fransen in 1795 werd het rustig rond het meer. Het jachthuis stond jarenlang leeg.

Volksfeesten
Pas toen koning Willem I in 1813 aan de macht kwam, jaagde het Koninklijk Huis weer in de omgeving van Uddel. Een belangrijk verschil is dat deze Oranjetelg ook aan de arme, Uddelse bevolking dacht. Hij organiseerde volksfeesten voor de jeugd en schaapscheerdersfeesten bij het Uddelermeer. Erg groot kunnen die feesten niet geweest zijn, want het dorpje Uddel bestond in 1795 uit slechts 79 inwoners, van wie 32 volwassenen.

In de 20e eeuw breidde het bezit van de Oranjes steeds verder uit. Alleen al tussen 1900 en 1918 kochten Prins Hendrik en koningin Wilhelmina 7000 hectare bos en heide. In de buurt van Uddel kwamen het Meervelderbos, de Uddeler Heegde, Het Hof, het Trijnenbos en de Kril in koninklijke handen. De heidevelden moesten worden ontgonnen en er kwamen productiebossen voor met name dennenhout. Dit leverde voor de doorgaans arme bevolking van Uddel handenvol werk op.

Iemand die daarover kan meepraten is G. Bronkhorst Gzn. Deze 70-jarige Uddelaar werkte zijn hele leven in de koninklijke houtvesterijen. Nog steeds woont hij in een diensthuis dat op het grondgebied van het kroondomein staat.

Als 14-jarige jongen ging Bronkhorst al mee naar de bossen om daar jonge dennen te planten. „De volwassenen groeven sleuven in de grond. Wij stopten er jonge boompjes in en stampten de grond aan. Zo waren we van ’s morgens vroeg tot laat in de middag aan het werk, weer of geen weer.”

Stijf in de houding
In 1953 kwam Bronkhorst officieel in dienst van de kroon. Hij ging werken als bosarbeider bij boswachterij Hoog Soeren-Zuid. Al vrij snel had hij de eerste ontmoeting met een lid van het Koninklijk Huis. „Eens was ik samen met een maat blad aan het harken op de Hofdameweg bij Hoog Soeren. Plotseling kwam het rijtuig van Koningin Wilhelmina eraan. We gingen automatisch rechtop in de houding staan, met de bladhark stijf naast ons. We durfden haast niet in het rijtuig te kijken, maar de koningin zei heel vriendelijk goedemorgen.”

Ook aan de latere ontmoetingen met de leden van de koninklijke familie heeft Bronkhorst goede herinneringen. „Ik werkte als voorman op de koninklijke houtzagerij bij Het Loo. Toen prins Bernhard 65 jaar werd, had hij een feestje recht tegenover onze houtzagerij. We mochten allemaal een drankje komen halen.” Ondanks alle negatieve geluiden over Bernhard kon Bronkhorst het altijd prima met hem vinden.

Later werkte hij op het kantoor van de kroondomeinen in Apeldoorn. Als koningin Beatrix jarig was, mocht al het personeel op haar verjaardag in Amsterdam komen. „Eerst gaven we alle leden van het Koninklijk Huis een hand. Daarna kwamen zij tussen het personeel zitten en maakten een praatje met ons. Dat ging er zo gewoon, zo geanimeerd aan toe. Zo durfde ik aan Beatrix te vragen hoe het met Claus ging en ik kreeg een heel menselijk antwoord terug.”

Hoewel de leden van het Oranjehuis tegenwoordig minder vaak in Uddel komen dan vroeger, zijn ze er af en toe nog wel te vinden. Zoals in april 2002, toen prinses Margriet Kroonheim opende, een voorziening voor gehandicapten net achter het Uddelermeer. Eigenlijk zou koningin Beatrix komen, maar zij was verhinderd omdat ze in Londen de begrafenis van de Britse koningin-moeder bijwoonde. Prins Willem-Alexander kwam in mei 2006 naar de bossen bij Uddel, waar de dag ervoor een grote bosbrand was uitgebroken.

Stumperd
De grootste achting is er in het Veluwse dorp nog altijd voor koningin Wilhelmina. Deze krachtige persoonlijkheid stuurde haar dochter Juliana gewoon naar de naailessen in de houten barak, het toenmalige dorpshuis. De moeder van G. Bronkhorst volgde de lessen van Antje van ’t Slot ook.

In de crisisjaren liet de koningin een grindweg aanleggen tussen het Uddelermeer en het Aardhuis. Wilhelmina had voor deze klus 7000 gulden opzijgelegd. Het werk moest worden gedaan door huisvaders en kostwinners uit Uddel die elders moeilijk aan de slag konden komen. Later bepaalde de vorstin ook dat Uddelaars gronden konden pachten voor een laag tarief. De bosbeheerders waren daar niet blij mee en strubbelden jarenlang tegen.

Van koningin Wilhelmina is bekend dat ze regelmatig op bezoek ging bij een bekeerde vrouw aan de Heegderweg in Uddel, Jannetje van de Bosch. Daar hadden de twee diepgaande gesprekken over het geestelijk leven. Ook bij de oude Geertje Hoekert kwam Wilhelmina wel. Die zette dan een stoof voor de koningin klaar en zei: „Zet daar je voetjes maar op, stumperd.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer