Sensitiviteit
In de psychologie heet de gevoeligheid voor gebeurtenissen, personen of situaties sensitiviteit. Dit kan een positieve of negatieve betekenis hebben.
Sensitief in de betekenis van ”een antenne hebben voor” is veelal een positieve eigenschap en staat tegenover gevoelloos en bot handelen. Maar sensitief in de betekenis van overgevoeligheid betekent kwetsbaarheid en lichtgeraaktheid. In deze aflevering drie artikelen op het gebied van menselijke emoties en sensitiviteit.In het Tijdschrift voor Orthopedagogiek (april 2008) schrijven S. Mark en K. J. Mulderij over ”Pedagogische sensitiviteit: aanleg of aan te leren?” Dat ouders een zekere mate van sensitiviteit moeten hebben voor de behoeften van hun kinderen, vormt de kern van de gehechtheidstheorie van Ainsworth (1973). Vandaag de dag wordt echter ook van leerkrachten en andere professionele opvoeders verwacht dat zij het vermogen hebben om signalen van kinderen op te vangen, deze juist te interpreteren en ernaar te handelen. Het is echter niet duidelijk hoe deze sensitiviteit ontwikkeld kan worden.
De schrijvers geven de volgende omschrijving van pedagogische sensitiviteit: Zij manifesteert zich door terughoudendheid. Zij openbaart zich door empathisch te zijn (hoe ervaart het kind dit?). Ze betekent dat de opvoeder in staat is om het kind te zien in zijn uniciteit en het ook zo te benaderen. Pedagogische sensitiviteit impliceert dat de opvoeder altijd invloed heeft op het kind, hoe klein en subtiel ook. Hij dient hier alert op te zijn. Pedagogische sensitiviteit wordt zichtbaar in het handelen door het vertrouwen van de opvoeder in zichzelf en het kind. En ze is het improvisatorisch vermogen van de opvoeder door gevoelig te zijn voor de situatie en flexibel te reageren op veranderingen.
Pedagogische sensitiviteit is een kernkwaliteit en volgens de auteurs aan te leren: „We hebben lang gedacht dat dit soort persoonlijke kwaliteiten nu eenmaal een gegeven zijn en niet beïnvloedbaar. De werkelijkheid is anders. Je kunt mensen wel degelijk helpen hun kernkwaliteiten te ontwikkelen en in te zetten.” Het is daarom van belang dat het vak ”pedagogische sensitiviteit” in het curriculum van onderwijs- en zorgopleidingen is opgenomen.
Een glimlach kan een teken zijn van sensitiviteit en van invoelend vermogen, maar het hoeft niet. In Psychologie (maart 2008) schrijft Dagmar van de Neut over de dubbele boodschap van de glimlach.
De lach is de meest herkenbare gezichtsuitdrukking ter wereld. Maar achter een smile hoeft niet altijd een positieve emotie te zitten. Het ene lachje is een teken van minachting, het andere verraadt onzekerheid of verliefdheid. En vaak zit er helemaal geen oprechte emotie achter een glimlach, maar lachen we alleen uit beleefdheid.
Een lach heeft dus vele gezichten. Letterlijk zelfs: emotie-expert Paul Ekman bracht de bewegingen van gezichtsspieren bij verschillende gezichtsuitdrukkingen zo gedetailleerd in kaart dat er maar liefst negentien verschillende soorten glimlachen konden worden geïdentificeerd. De precieze betekenis van een lach zit hem in subtiele verschillen in stand van het hoofd en de verschillende betrokken spieren.
Zo zit het verschil tussen een ’plezierlach’ en een glimlach zonder plezier hem in het wel of niet aanspannen van spieren rond de ogen. Amerikaanse onderzoekers ontdekten dat zelfs tien maanden oude baby’s hun lippen wel omhoog krullen in reactie op gebrabbel van vreemden, maar alleen blije, echte lachjes produceren in reactie op hun moeder.
Sensitiviteit verraadt zich in herkenning van de glimlach. Om welke lach gaat het? Wordt die herkend?
In Arbo, Vakblad over arbeidsomstandigheden (2008, nr. 5) citeert John Vollenbroek in zijn artikel ”Hoe reageert u op fouten?” de reeds genoemde Paul Ekman, die beweert dat hij bij vrijwel iedereen aan de gelaatsuitdrukking kan aflezen hoe iemand zich voelt. Hij heeft daarvoor een speciaal systeem ontworpen en traint mensen door ze vertrouwd te maken met de betekenis van minieme veranderingen in het gezicht.
Het advies is: ga niet trainen in het verbergen van gedachten. Vollenbroek zegt dit in verband met het maken van fouten in de werksituatie. Mensen reageren vaak onvriendelijk op fouten, zoals met verwijtende blikken.
Wie een fout maakt en daardoor bij een incident betrokken is, is daarom om twee redenen beklagenswaardig. Ten eerste vanwege de gevolgen van het incident zelf. Ten tweede vanwege de manier waarop hij of zij benaderd wordt. Leidinggevenden wordt in dit artikel geadviseerd om aan de ene kant foutvriendelijk reageren, zodat mensen niet de neiging hebben iets achter te houden. Aan de andere kant moet steeds uit het gedrag blijken dat alles gericht is op het voorkomen van incidenten.
Ook hierbij is empathisch vermogen van belang. Het geldt dus niet alleen opvoeding en zorg. Overal is een zekere mate van sensitiviteit een belangrijke factor. Om het empathisch vermogen te versterken zou een training in het herkennen van gelaatsuitdrukkingen nog niet zo vreemd zijn. Wellicht kan het in het curriculum voor onderwijs- en zorgberoepen opgenomen worden.
Drs. M. Burggraaf, voormalig voorzitter van het college van bestuur van de Christelijke Hogeschool Ede. Reageren aan scribent? focus@refdag.nl.