Dat was vrijdag een van de conclusies na een zitting van vier dagen van de centrale geschillenkamer in Londen. Lillian Ladele (47), amtbenaar van de deelgemeente Islington, had daar geklaagd omdat haar werkgever haar discrimineerde op grond van haar geloof.„Ik houd vast aan de orthodox-christelijke visie dat het huwelijk een vereniging van een man en een vrouw is. Dat is de door God geordende plaats voor seksuele relaties”, aldus Ladele.

Ze stelde dat ze werd „ontweken en geïntimideerd” nadat ze in 2005 had aangegeven dat ze geen homoparen wil registreren. Ze zegt dat ze niet kan worden verplicht hieraan mee te werken. „Ik blokkeer de sluiting van partnerschappen niet. Er zijn genoeg collega’s die daarbij willen helpen.” Juridisch is de overheid verplicht tot het registreren, niet de individuele ambtenaar, aldus Ladele.

Een getuige-deskundige, Elizabet Thatcher, vertelde dat veel ambtenaren in Groot-Brittannië met hetzelfde probleem zitten. In één geval is al een christenambtenaar ontslagen, aldus Thatcher. Sommige gemeenten hebben regelingen getroffen met gewetensbezwaarden, maar op veel plaatsen wacht men op de uitspraak in deze zaak.

Het bestuur van de deelgemeente Islington -waar veel homoseksuelen wonen- voerde aan dat het wel alle ambtenaren kan verplichten homo’s te registreren. Ladeles chef, Helen Mendez-Child, voerde aan dat homoseksuele collega’s zich gediscrimineerd hadden gevoeld door Ladele. „Onder de staf voelden sommigen zich tweederangsburgers vanwege de opvattingen die Lillian had geuit.”

Ladele wordt juridisch bijgestaan door The Christian Institute. Het is niet bekend wanneer de geschillenkamer uitspraak doet.