Kerk & religie

„Zoek aansluiting bij moderne cultuur”

De kerk moet inhaken bij kenmerkende elementen van de westerse cultuur, zoals keuzevrijheid en authenticiteit. „Juist omdat levend geloof voortkomt uit een persoonlijk overtuigd raken, kunnen we eerlijk zeggen dat we niets opleggen. Waar het geloof zo wordt uitgelegd en geleefd, wordt duidelijk dat het niet gaat om een jas die je aandoet, maar om een doorleefde werkelijkheid.”

Kerkredactie
21 May 2008 20:21Gewijzigd op 14 November 2020 05:52

Dr. P. J. Visser, predikant van de hervormde gemeente te Den Haag, hield woensdagavond op de jaarvergadering van de Gereformeerde Bond in Putten een inleiding over ”culturele verschuivingen en het bewaren van de vreze des Heeren”. Het feit dat het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond dit onderwerp aan de orde stelt, bewijst volgens hem dat het ook „onder ons wordt ervaren als een toenemend probleem.”Onder „vreze des Heeren” verstaat dr. Visser een „doorleefde relatie met God Zelf, waarin Gods genade en ons geloof, Zijn Woord en ons antwoord, de Heilige Geest en onze geest in een over en weer samen komen.”

De Bijbel gebruikt daar verschillende beelden voor: de omgang tussen vader en kind, tussen bruid en bruidegom, tussen man en vrouw. „Heel persoonlijk en familiair dus, gedragen door wederzijdse liefde. Maar het wordt regelmatig ook zakelijker weergegeven. Als relatie tussen koning en onderdaan of tussen heer en slaaf.”

De predikant keerde zich tegen de gedachte dat de vreze des Heeren twintig of veertig jaar geleden veel meer gemeengoed was dan nu. „En dan hebben we de neiging om het bewaren van de vreze des Heren in het heden vooral op te vatten als een cultiveren van dit verleden. We zijn van mening dat in prediking en pastoraat dezelfde vragen en antwoorden aan de orde moeten komen als weleer. Liefst ook met dezelfde woorden. Zo hopen we de vreze des Heren veilig te stellen, gaande te houden en gaande te maken.”

Toe-eigening van het heil
Als voorbeeld noemde hij de vragen rond de toe-eigening van het heil. Het leven in de vreze des Heren cirkelde met name rond deze zaak en prediking en pastoraat waren vooral daar op gericht. Voor groei in navolging en heiliging was weinig aandacht, aldus dr. Visser. „Men ging ervan uit dat als bekering en verzoening -als het ’voornaamste’- centaal stonden, het met die andere zaken ook wel terecht kwam.”

Omdat er in de samenleving inmiddels zoveel is verschoven, voldoet deze benadering volgens hem in veel gevallen niet meer. „Houden we er toch aan vast, vanuit de overtuiging dat wat voorheen goed was nu ook goed is, dan zijn we uiteindelijk -met alle goede bedoeling- slechts bezig om aan te haken bij een tijdgebonden patroon van geloofsbelevingen een eigen subcultuur in stand te houden.”

De gestelde vragen en gegeven antwoorden zullen echter door al minder mensen worden herkend, aldus dr. Visser. „We ervaren dan een kloof tussen wat wij aanreiken en mensen verlangen. Met als gevolg dat we gaan somberen, dat mensen van vandaag de zaken waar het om gaat niet, meer verstaan.”

De Haagse predikant gebruikte het voorbeeld van een garage. „Een garage van 40 jaar geleden was ingericht en had de gereedschappen om auto’s van toen te repareren en rijdend te houden. Als die garage nog steeds bestaat, is haar functie onveranderd. Maar auto’s van nu zitten anders in elkaar dan toen. En om hetzelfde doel te bereiken, zijn dan ook andere gereedschappen nodig en is een andere aanpak vereist. Een monteur kan niet meer te werk gaan als 40 jaar geleden. Maar zijn opdracht blijft hetzelfde: auto’s repareren en rijdend te houden.”

Dat geldt volgens dr. Visser ook in geestelijk opzicht: het blijft onveranderd gaan om een levende relatie met God in Christus, om omgang met het Woord en leiding door de Geest, om beleving van zonde en genade, om persoonlijke bekering en verzoening, om dagelijkse heiliging en vernieuwing, om volharding in de dienst van God.

Ds. Hendrikse
Hoe moet de vreze des Heeren in deze tijd gestalte krijgen? Dr. Visser: „Basisvoorwaarde voor de vreze des Heren is het geloof in God Zelf, in Zijn bestaan. Dat is echter een aangevochten zaak geworden. Niet alleen buiten de kerk, maar ook in de kerk. En niet slechts bij Hendrikse c.s., maar ook in onze eigen gemeenten. We zullen méér moeten zeggen en de moeite moeten nemen om elkaar uit te leggen hoe je zeker kunt worden, innerlijk overtuigd, dat de God van de bijbel de Enige en Ware is.”

Dr. Visser pleitte ervoor in te haken bij kenmerkende elementen van de westerse cultuur, zoals keuzevrijheid en authenticiteit. „Juist omdat levend geloof voortkomt uit een persoonlijk overtuigd raken, kunnen we eerlijk zeggen dat we niets opleggen. Waar het geloof zo wordt uitgelegd en geleefd, wordt duidelijk dat het niet gaat om een jas die je aandoet, maar om een doorleefde werkelijkheid.”

Zaken als gehoorzaamheid en zelfverloochening, volharding en dienstbaarheid, zijn in deze tijd niet populair. Toch moeten christenen die leren, benadrukte dr. Visser. „Vreze des Heren, als een relatie tussen Vader en kind, kan niet bestaan zonder deze gehoorzaamheid, die het Hem voor het zeggen geeft op elk terrein van het leven. In navolging van Jezus, dé Zoon bij uitstek en onze oudste Broeder. Tegen mezelf en tegen de stroom in. Hoe lastig ook, samen zullen we de vreemdelingschap moeten blijven leren.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer