Er is hoop voor Europa
Er is onder Europese christenen een groot gebrek aan visie voor het continent, schrijft Diederick Eikelboom op de Dag van Europa, waarop Europa stilstaat bij zijn identiteit. Ondanks de secularisatie en de opkomende islam is er hoop op een christelijke toekomst voor Europa.
Jaarlijks is 9 mei de Dag van Europa. Weinig Europeanen weten dat op 9 mei 1950 in Frankrijk de aanzet werd gegeven tot de Europese Unie, op een moment dat Europa vreesde voor een derde wereldoorlog. Op die dag gaf de Franse minister Robert Schuman in een ambitieuze verklaring aan dat er een supranationale Europese organisatie moest worden opgericht, die later tot de Europese Unie zou uitgroeien. Onder druk zijn krachtige hervormers in staat tot stevige veranderingen.In een poging van Europese overheden om Europa een identiteit te geven, worden overal in Europa evenementen georganiseerd die Europa dichter bij zijn burgers en de Europese volkeren dichter bij elkaar moeten brengen. Maar de Dag van Europa is nog geen fenomeen zoals Koninginnedag, waarop in uitbundig oranje de Nederlandse identiteit in al haar verscheidenheid wordt gevierd.
Toch is er een opmerkelijke link met de nationale Koninginnedag. Koningin Beatrix houdt er een duidelijke Europese visie op na. Dit in tegenstelling tot de Oranjegezinde biblebelt. Onder orthodoxe christenen is nauwelijks sprake van een visie op Europa, maar eerder van een doemgedachte over ons continent, dat eens zo christelijk was.
Deze negatieve gedachten onder christenen zijn begrijpelijk en niet onterecht. In tegenstelling tot de geografische kaders die voor andere continenten in de wereld karakteristiek zijn, zijn voor Europa religie en cultuur bepalend voor de identiteit. Juist daarover is Europa in grote verwarring.
Vacuüm
Kenmerkend voor Europa zijn de kerken in elk centrum van een stad of dorp. In de beste gevallen zijn deze monumentale kerken omgebouwd tot spirituele stiltecentra, als ze al niet geëxploiteerd worden voor uiteenlopende festiviteiten. Het belangrijkste geloof dat sinds de verlichting voor de meeste Europeanen is overgebleven, is een schraal geloof in secularisme.
Vrijheid, gelijkheid en broederschap worden symbolisch weergegeven door de cirkel van gelijke sterren in de vlag van de Europese Unie. Maar de cirkel is gegroepeerd rondom niets, een leeg hart dat roept om weer opgevuld te worden. Het opvullen van dit spirituele vacuüm vindt vaak plaats door een vaag mengsel van allerlei moderne vormen van heidense godsdiensten, zoals new age, wicca, sjamanisme en boeddhisme.
Een deel van het doemdenken van christenen komt voort uit de angst dat de opkomende islam het spirituele vacuüm van Europa zal vullen. Nu al maken moslims circa 10 procent van de Franse bevolking uit. Binnen een tiental jaren zal dat in heel Europa het geval zijn. Daarmee worden moslims een niet meer weg te denken bevolkingsgroep.
De opkomst van de islam zal gestaag doorgaan door natuurlijke geboortegroei. Tegelijk hebben autochtone Europeanen te maken met vergrijzing en een laag geboortecijfer. Sommige bezorgde Europeanen spreken zelfs van een langzame autogenocide. Het is dan ook niet vreemd om te veronderstellen dat het Europese christendom vrijwel zal verdwijnen, zoals in de vroege middeleeuwen in Egypte, Syrië en Irak een bloeiend christendom is verdwenen ten koste van de islam.
Dood en opstanding
Een gevolg van de crisis onder christenen en de snel opkomende islam is dat de christenen eens goed wakker zullen worden. De oude Europeanen zullen dan doorgaan met hun vergaande secularisatie, maar tegelijk zal de opkomst van de islam de Europeanen hun christelijke wortels en afkomst doen heroverwegen. Het opnieuw ontdekken van de betekenis van christelijke wortels zie je overal in verschillende Europese landen gebeuren.
Uit de puinhopen van de Europese kerk na de verlichting en de Franse Revolutie ontstond in de negentiende eeuw een krachtige nieuwe zendingsbeweging, waardoor vanuit Europa over alle werelddelen het Evangelie werd gebracht. Niets drijft geïnspireerde hervormers krachtiger dan het signaleren dat het geloof in Europa failliet lijkt te zijn. Zo kan de uit de huidige sterk heersende doemgedachte onder Europese christenen over de afbraak van het Europese christendom een beweging ontstaan voor een vernieuwde en creatieve kerk in Europa.
Dood en opstanding zijn niet alleen maar leerstellingen van de kerk, zij zijn ook de vorm waarlangs het christelijk geloof zich vaker vernieuwend heeft ontwikkeld.
De auteur is directeur van ECM-Nederland, een zendingsorganisatie met ongeveer 200 medewerkers die zich richt op gemeentestichting en -ontwikkeling in Europa.