Verhoeven niet realistisch over Jezus
Filmregisseur Paul Verhoeven publiceert in september een boek met een „realistisch portret” van Jezus (RD van vrijdag). De gegevens waarop Verhoeven zijn boek baseert, zijn volgens prof. Darrell L. Bock echter niet verkregen door nauwkeurig historisch onderzoek, maar gebaseerd op een bevooroordeelde visie op Jezus en de evangeliën.
Paul Verhoevens boek over Jezus heeft velen doen vragen wat de kwalificaties van een Hollywoodregisseur zijn om een dergelijk werk te schrijven. De meesten weten niet dat Verhoeven promotieonderzoek (in de wis- en natuurkunde) deed in Leiden en al sinds lange tijd interesse heeft in theologie. Dit blijkt uit zijn deelname aan het zogeheten Jesus Seminar. Zijn betrokkenheid hierbij kan helpen het perspectief in zijn biografie van Jezus op de juiste waarde te schatten.Oorspronkelijk was het Jesus Seminar een studiegroep van grotendeels Noord-Amerikaanse Bijbelwetenschappers die elkaar ontmoetten eind jaren ’80 en in de jaren ’90. De meeste deelnemers waren theologisch liberaal. Nadat ze een passage in de evangeliën bestudeerd hadden, stemden ze of de beschreven woorden en daden van Jezus werkelijk op Hem teruggaan. Stukje voor stukje behandelden ze in zes jaar tijd de evangeliën.
De leden gebruikten bij de stemming vier kleuren. Rood betekende dat Jezus het gezegd had. Roze betekende dat Jezus iets van die strekking gezegd had. Grijs betekende dat Jezus het zo niet gezegd had, maar dat de woorden wel Jezus’ ideeën zouden kunnen uitdrukken. Zwart betekende dat Jezus het helemaal niet gezegd had. Hun doel was deze resultaten te populariseren en het publiek te betrekken bij de discussie over historisch-kritische visies op Jezus.
Hard oordeel
Een snelle blik op de resultaten vertelt genoeg. In het evangelie naar Markus, waarschijnlijk het oudste evangelie, is alleen Markus 12:17 rood. 11 procent van Jezus’ woorden zijn roze, 30 procent is grijs en 59 procent is zwart. Het grootste deel van Markus heeft dus volgens het Jesus Seminar niets te maken met Jezus.
In het evangelie naar Johannes is niets rood; Johannes 4:44 is roze; Johannes 2:16a, 12:24-25 en 13:20 zijn grijs, en de rest is zwart. In Lukas, het evangelie dat het er het beste afbracht in hun onderzoek, is 4 procent rood, 23 procent roze, 22 procent grijs en 51 procent zwart. Ik noem deze cijfers om aan te tonen hoe sceptisch deze groep was over Jezus.
Na de publicatie van de twee belangrijkste werken van het seminar, ”The Five Gospels” (De vijf evangeliën, 1993) en ”The Acts of Jesus” (De handelingen van Jezus, 1998) kwamen er veel reacties los. Natuurlijk bestreden en verwierpen conservatieve wetenschappers de resultaten. Wat velen echter niet weten, is dat theologisch gematigde wetenschappers net zo hard waren in hun oordeel als veel conservatieven.
De reden voor de kritiek was dat het seminar iedere spreuk van Jezus die verbonden is aan een wonder, automatisch afschreef. De groep geloofde, in tegenstelling tot de meeste geleerden op het gebied van de historische Jezus, dat Jezus alleen wijsheid en ethiek leerde. Ze geloofden dus niet dat Hij in joodse apocalyptische termen ook Gods plan besprak, waarbij thema’s aan de orde kwamen als het eenmaal verantwoording moeten afleggen aan God en waarbij Hij zelf in het middelpunt stond, zoals Zijn discipelen geloofden en uitdroegen in hun prediking over Hem en waarvoor ze zelfs wilden sterven.
Zoon des mensen
Daarnaast beweerde het seminar dat de naam die Jezus bij voorkeur voor Zichzelf gebruikt (de Zoon des mensen), vooral aan Hem toegeschreven is door de latere kerk, ook al vinden we deze naam nergens als aanspreektitel in de belijdenisgeschriften van de vroege kerk of in de brieven van Paulus.
N. T. Wright, een van de toonaangevende Europese geleerden in het onderzoek naar de historische Jezus, zegt over het Jesus Seminar: „Wat we zien, is niet het gedetailleerde objectieve onderzoek van afzonderlijke passages dat leidt tot een visie op Jezus en de Vroege Kerk. Het is een specifieke visie op Jezus en de vroege kerk die toewerkt naar een gedetailleerde lijst met spreuken die bij die visie passen.”
Samenvattend: het Jesus Seminar was zeer sceptisch over Jezus. Verhoeven sympathiseerde met en nam deel aan deze groep. Het is geen wonder dat zijn boek werkt met theorieën over Jezus’ oorsprong die gebaseerd zijn op argumenten van opponenten van het christendom uit de late tweede eeuw. Blijkbaar wisten deze latere opponenten meer over Jezus dan zij die een eeuw eerder leefden en nauw bij Hem betrokken waren. In de omgekeerde wereld die soms onderdeel uitmaakt van de populaire theologische claims over Jezus kan alleen omgekeerde logica zoals deze doorgaan voor geschiedenis.
De auteur is hoogleraar Nieuwe Testament aan Dallas Theological Seminary (Texas) en gasthoogleraar aan de universiteit van Tübingen (Duitsland).