„Vragen mag; niet antwoorden ook”
Werkstress verslaat zijn duizenden in Nederland. Wie doet er wat aan? Vandaag: werknemers.
NIEUWEGEIN - Dat is dan het mooie van stress: het is te voelen als je er last van hebt, en in dat geval is er tijdig iets aan te doen. Natuurlijk, er zijn workaholics die een burn-out niet voelen aankomen, maar daarnaast gaat een grote groep mensen gebukt onder misschien minder drastische, maar net zo fnuikende spanningen. Daarom bestaan er werkstresstrainingen.
Zoek via Google naar werkstresstrainingen of stresspreventie en de cursussen en workshops vliegen de zoekende om de oren. Waarbij dilemma’s opduiken. Een van de veelvuldig toegepaste methoden op dit moment is mindfulness, een aandachtstraining waarbij de deelnemers moeten leren zich op het hier en nu te richten.
Positieve effecten hiervan zijn meetbaar, zegt ook de wetenschap. Maar de oorsprong is boeddhistisch. En - „Wat telt, is de bron, niet het resultaat”, zegt evangelist Aad van de Sande in een van zijn pastorale cursussen.
De website www.nuevenniet.com van het Fonds Psychische Gezondheid laat een handig kaartje zien waar workshops per provincie te zoeken zijn. Vaak worden die gegeven door instellingen voor geestelijke gezondheidszorg (ggz) en maatschappelijk werk. Een ervan is de werkstresstraining van Altaan, een centrum voor psychisch gezond werken in Nieuwegein. Het centrum hoort bij Altrecht, een ggz uit Utrecht.
Altaan biedt verschillende cursussen aan. Zo is er een gericht op ouderen, en een andere op re-integratie. De werkstresstraining -tien bijeenkomsten van 2,5 uur plus een map met theorie- is bedoeld voor mensen die nog (net) niet of sinds kort zijn geveld door stress.
Het uitgangspunt: „Andere mensen kun je niet veranderen, maar hoe kun je beter omgaan met jezelf en met wat de buitenwereld van jou verwacht.” De eerste vier delen van de training draaien om inzicht krijgen, daarnaast staan assertiviteit en de praktische toepassing centraal. Zo is één bijeenkomst gewijd aan nee zeggen, omgaan met kritiek en tijdsplanning.
„Je mag alles aan iedereen vragen, maar je kunt niet verwachten dat je overal antwoord op krijgt”, zegt coach Pia Putman (46) op de eerste avond van een nieuwe training, waarvoor zich acht mensen hebben aangemeld. „Belangrijk is verder: jij kent jezelf, wij kennen jou niet. Het helpt als je de groep tips geeft over hoe we moeten omgaan met jou.”
Putmans collega Maja Miedema (43) gaat verder met de kennismakingsronde. „Wil iedereen gaan staan die boven de 40 is?” Zes mensen komen overeind. „De mensen die in Utrecht werken?” Dat zijn er vier. „Wie doet er wekelijks aan sport?” Vijf. Nee, zes. „Wie heeft er een huisdier?” Zeven.
Deze coaches weten dat een ’normaal’ kennisrondje waarbij mensen aan het eind van de kring met knikkende knieën wachten tot zij hun verhaal mogen doen niet rustgevend is. Bij de manier die zij kiezen kijkt iedereen vrolijk.
De laatste vraag is misschien wel de ontwapenendste: „Wat is je nog niet geïdealiseerde ideaal?” De een wil een huis bouwen, de ander wil via de Postcodeloterij „een klein stapeltje geld, 100.000 euro of zo” winnen. Coach Pia wil leren zeilen, coach Maja wil een nestje dobermanns.
Op een groot wit vel schrijft iedereen zijn doelen voor de komende weken: een betere balans tussen spanning en ontspanning, meer zelfvertrouwen, opkomen voor zichzelf. „Ik wil mezelf belangrijk vinden. Terwijl ik dit schrijf, heb ik al de neiging het tussen haakjes te zetten.”
Hier zitten mensen die soms twee decennia als workaholic door het leven zijn gegaan, of die al twintig jaar „om de haverklap” overspannen raken. Toch is humor een rode draad. Subtiele, zelfrelativerende humor. De man die zegt „Ik wil langer in evenwicht blijven, gewoon vijf jaar werken zonder overspannen te raken”, tekent er een wip naast. De vrouw die veel hobby’s heeft, zegt: „Ik heb ook nog twintig bessenstruiken in de tuin.” Snel erachteraan: „Ik wil altijd te veel. Ik draaf altijd door.” Coach Miedema, direct: „Eigenlijk heb je gewoon een jamfabriek.”
Dit is het derde deel in een serie over werkstress. Donderdag: de arbodienst.