Directeurentekort vraagt om stevige maatregelen
In de schaduw van het groeiende lerarentekort ontwikkelt zich een toenemend tekort aan leidinggevenden in het onderwijs. De cijfers zijn volgens C. Dubbeld zo onrustbarend en de gevolgen zo desastreus, dat ingrijpende maatregelen op korte termijn onmisbaar zijn.
De kwaliteitsslag die in het primair onderwijs (po) en voortgezet onderwijs (vo) in de laatste decennia is gemaakt, heeft eveneens aanleiding gegeven tot uitstroom van zittende directeuren, tot tekorten en tot moeilijk vervulbare vacatures. In het verleden werden de scholen voor het primair onderwijs geleid door een bovenmeester of hoofdonderwijzer. Een belangrijk deel van de week stonden zij voor de (hoogste) klas en daarnaast vervulden zij een aantal (vooral) administratieve en organisatorische taken die nodig waren om de school draaiende te houden. Generaliserend kan gesteld worden: echt leiderschap -gekenmerkt door visie en initiëren (en eventueel uitvoeren) van beleid- werd niet gevraagd. Hooguit werd gevraagd managementachtige taken te vervullen.Een andere oorzaak van het tekort aan leidinggevenden is de bestuurlijke organisatie van het onderwijs. Ondanks het grote aantal fusies en federaties is het personeelsbeleid kleinschalig gebleven: beleid gericht op vervulling van leidinggevende functies komt pas in beeld als op de eigen school of in de eigen organisatie tekorten ontstaan.
Richtingwijzers
De laatste jaren zijn er door hogere scholen vele initiatieven genomen ten behoeve van de professionalisering van zittende en aankomende leidinggevenden. Door de Nederlandse Schoolleiders Academie kreeg het beroep van leidinggevende in het onderwijs ook meer gezicht. Het tekort aan leidinggevenden is echter nog niet weggenomen. Juist daarom organiseerde de unit bestuur en management van hogeschool Driestar educatief te Gouda recent een brainstormsessie met enkele besturenorganisaties, opleidingsinstanties, besturen, directies en vertegenwoordigers uit andere sectoren van de arbeidsmarkt. Enkele richtingwijzers die tijdens die bijeenkomst werden uitgezet, verdienen meer aandacht.
Als eerste, naar analogie van het Actieplan LeerKracht van Nederland, dient er op nationaal niveau, op initiatief van de landelijke politiek, aandacht te worden gegeven aan het tekort aan leidinggevenden in het onderwijs. Dat daarbij niet alleen gedacht moet worden aan salarissen en secundaire arbeidsvoorwaarden mag na bovenstaande analyse als duidelijk worden beschouwd.
Besturen dienen verder op een niveau dat de eigen organisaties overstijgt, te investeren in het opleiden van leidinggevenden voor het onderwijs. Daarbij moet niet alleen worden gedacht aan de vorming van kweekvijvers voor de eigen organisaties, maar dient het algemeen belang van het onderwijs de belangrijkste drive te zijn.
Ook moet overwogen worden of tijdens de pabo-opleiding voor alle studenten structurele aandacht aan management en leiderschap moet worden gegeven. Kennis van inhoud en vaardigheden voor management en leiderschap zal op termijn namelijk voor een niet onaanzienlijk deel van de werkers op de vloer leiden tot het overschrijden van een verlaagde drempel naar het leiderschap.
In het kader van het tekort aan academici in het voortgezet onderwijs heeft Driestar educatief een route ontworpen waarbij geselecteerde vwo-leerlingen een studie gaan volgen aan een universiteit en tegelijkertijd een tweedegraadsopleiding volgen. Studenten aan de universiteit volgen naast hun vakstudie een curriculum werken/leren aan een lerarenopleiding waarmee ze vanaf het begin van hun studie voorbereid worden voor een functie als leraar. Naar analogie hiervan zouden dergelijke samenwerkingsverbanden gelegd kunnen worden tussen opleidingen voor leidinggevenden zoals de MER (hbo-opleiding management, economie en recht), en pabo’s en lerarenopleidingen: geïnteresseerden volgen een opleiding tot leidinggevende, maar volgen daarnaast een werken/lerentraject in onderwijsinstellingen.
De laatste decennia is het aantal mannelijke studenten aan pabo’s dramatisch gedaald. Op zeer veel scholen is het overgrote deel van het personeel dan ook vrouwelijk. Besturen en besturenorganisaties in met name het reformatorisch onderwijs dienen zich in de komende tijd diepgaand te bezinnen of dit consequenties heeft voor het wervings- en selectiebeleid van leidinggevenden in het onderwijs.
De auteur is adviseur bestuur en management bij Driestar educatief te Gouda.