Bijbels vergaderen
We vergaderen wat af tegenwoordig. In de ”Vergaderwijzer”, een handzaam boekje met „gouden tips om vergaderleed te verzachten”, las ik dat 35 procent van de beroepsbevolking gemiddeld een kwart van de werktijd besteedt aan vergaderen. Kosten: 25 miljard euro per jaar. Daar komen de vergaderingen voor schoolvereniging en kerk in vrije tijd nog bij.
Als over vergaderen gesproken wordt, is het vaak in negatieve zin. „Ik moet naar een vergadering” staat dan gelijk aan „ik ga een verloren avond tegemoet.”We hebben het over „georganiseerde bijeenkomsten van personen waarop verschillende punten (van een agenda) worden besproken en (eventueel) beslissingen worden genomen.” Het woord heeft ook een andere betekenis: verzamelen, bijeenbrengen. Aldus de Dikke Van Dale.
Dathan
Het woord vergaderen komt in de Bijbel maar liefst 59 keer voor. Meest in het Oude Testament. Vooral in de oude betekenis van verzamelen. Maar je komt ook wel vergaderingen tegen van de eerstgenoemde soort, al of niet met agenda en besluitvorming.
Vaak hebben die vergaderingen iets negatiefs. Ze krijgen het karakter van opstand. In 1 Samuël 8 gaan de oudsten van Israël in vergadering. De agenda is simpel: het gaat niet goed met de zonen van Samuël. Het besluit dat genomen wordt, is helder: er wordt een verzoek gericht tot Samuël om een koning te mogen kiezen. Hoe vriendelijk en redelijk het ook klinkt, toch zit er een geest van revolutie achter. „Ze hebben u niet verworpen, maar ze hebben Mij verworpen, dat Ik geen Koning over hen zal zijn”, zo zegt de Heere dan ook tot Samuël.
Al eerder wordt gesproken over de vergadering van Dathan en zijn medestanders. Er wordt vergaderd over inspraak. Het leidt al snel tot openlijke opstand. Met vreselijke gevolgen.
Ten slotte is er de vergadering van de Joodse Raad, bijeen na het wonder van de opwekking van Lazarus. Op de agenda staat maar één onderwerp: Jezus. Er komt een duidelijk besluit: Hij moet gedood worden.
Er zijn ook wel voorbeelden te noemen van dergelijke vergaderingen die een positieve uitkomst hebben. Als koning Josia het wetboek vindt, wordt in een gezamenlijk overleg besloten om naar de profetes Hulda te gaan. Jethro, de schoonvader van Mozes, introduceert een vergaderstructuur om het leven van zijn schoonzoon te verlichten. En in de Handelingen is er het apostelconvent.
Agenda
Welbeschouwd is een kerkdienst ook een vergadering in de betekenis van een georganiseerde bijeenkomst met een agenda. Die agenda bevat als het goed is altijd hetzelfde onderwerp: een rijke Christus voor een arme zondaar. Er worden, als het goed is, ook besluiten genomen. Beter gezegd: er vállen beslissingen. Of mensen blijven die ze zijn: tegenstanders van God en Zijn Woord; óf ze worden ingewonnen voor het Evangelie van vrije genade.
Wat jammer dat die vergaderingen vaak niet zo positief verlopen. De aandacht is niet optimaal. Soms houden jongeren elkaar bezig, in plaats van geboeid te zijn door het Woord. Veel volwassenen zitten er overigens ook bij alsof ze niet geïnteresseerd zijn. Sommigen hebben snoep nodig om wakker te blijven. En anderen nemen het gehoorde voor kennisgeving aan, maar het heeft geen effect op hun leven.
Jammer. Want juist in de kerk vergadert God Zich een volk ten eeuwige leven. Juist daar vallen eeuwigheidsbeslissingen. En waar een mens door Gods genade aan zijn gemis wordt ontdekt, daar wil de Heere Zichzelf openbaren in Zijn Zoon, Jezus Christus. Zodat zo’n ontdekte en verloste zondaar mee gaat zingen, met Psalm 116 en de Kerk van alle tijden: „Ik zal Uw Naam met dankerkentenis verheffen, U al mijn geloften brengen. ’k Zal liefd’ en lof voor U ten offer mengen, in ’t heiligdom, waar ’t volk vergaderd is.”
Kerkdiensten zijn weinig populair anno 2008. Nee, niet op zondag, dan zitten veel kerken vol. Maar als de gemeente doordeweeks vergadert, dan zijn we niet thuis. Druk met onze eigen vergaderingen en besognes. Gelukkig maar dat God Zich daar niets van aantrekt. Hij gaat door met Zijn program, het vergaderen van Zijn Kerk. Ondanks onze agenda’s.
Schatten
We vergaderen wat af. Jezus adviseert in de Bergrede om de juiste schatten te vergaderen. Wat kan het verzamelen van aardse schatten een hoop drukte geven. Letterlijk, als het gaat om het bijeengraaien van rijkdom aan geld en goederen. Maar ook in het onderhouden van ons netwerk van contacten, onze vergadercultuur voor kerk, school en samenleving, ons werk en alles wat daarmee samenhangt.
De Bijbel leert dat niet alleen mensen altijd aan het vergaderen zijn. De duivel doet dat ook. Steeds is hij bezig zo veel mogelijk mensen om zich heen te verzamelen. Mensen die denken door hem bevrijd te zijn, maar die in werkelijkheid naar zijn pijpen dansen. Die, zoals Openbaring 16 ons laat zien, uiteindelijk vergaderd worden tot de krijg van de grote dag van de almachtige God. Om dan hun eeuwige verlies te incasseren.
Ook God vergadert. Hij vergadert het onkruid mét de tarwe. Het onkruid wordt uiteindelijk verbrand. Maar de tarwe wordt opgeslagen als een kostbare schat. Het wonder van Gods Koninkrijk is, zo leerde Augustinus al, dat onkruid veranderen kan in tarwe. Dat gebeurt als Gods liefde ons leven wordt en Jezus onze schat. Dan gaan we, als de volken vergaderd worden, de feestzaal in. Op uitnodiging van de Koning. Om voor eeuwig met Hem vergaderd te zijn. De agenda bevat één onderwerp: lof zij het Lam.
Reageren aan scribent? welbeschouwd@refdag.nl.