De politie tast nog in het duister over het motief van de dader. Premier Paavo Lipponen zei niet te geloven dat het een terroristische aanslag betrof.

De vermoedelijke dader was een Finse scheikundestudent. De bom waarmee de aanslag werd gepleegd bestond uit enkele kilo’s explosieven, kogeltjes en stukjes metaal. De dader blies zichzelf vrijdagavond op in een overdekt winkelcentrum in Vantaa, een voorstad van de hoofdstad Helsinki, waar op dat moment ongeveer 2.000 mensen rondliepen. Vlakbij de plek waar de dader zichzelf opblies had een clown even eerder ballonnen uit staan delen aan kinderen. Onder de slachtoffers bevond zich een 7-jarig meisje. Negen kinderen raakten gewond.

Het kabinet hield een spoedzitting naar aanleiding van de aanslag en premier Lipponen en president Tarja Halonen bezochten zaterdag een herdenkingsdienst voor de slachtoffers in een kerk in Vantaa. Bisschop Eero Huovinen van Helsinki, die de dienst leidde, zei dat Finland niet langer immuun is voor geweld.

„De wereld is ook hier geen veilige haven meer”, aldus de aartsbisschop.

Geweld is in de Finse samenleving geen alledaags fenomeen, al werd in juli in de hoofdstad een persoon gedood door een autobom. Volgens de politie betrof het een criminele afrekening.