Binnenland

Iedereen trouwen of niemand trouwen

De Commissie Gelijke Behandeling (CGB) vindt dat ambtenaren van de burgerlijke stand moeten kiezen: of alle huwelijken sluiten -en dus ook die van homoparen- of geen enkele.

Ewout van der Staaij
16 April 2008 12:05Gewijzigd op 11 February 2021 10:28

Welke ambtenaren van de burgerlijke stand worden nu precies bedoeld?In het Burgerlijk Wetboek staat dat er in iedere gemeente ten minste twee ambtenaren van de burgerlijke stand werkzaam moeten zijn. Die hebben allerlei taken: van het afgeven van rijbewijzen of paspoorten tot het sluiten van huwelijken.

Daarnaast kunnen er één of meer buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand worden benoemd: deze mensen sluiten alleen huwelijken. Zij zijn niet in loondienst bij de gemeente, maar doen dit werk vaak naast een andere baan.

Een derde categorie wordt gevormd door de buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand die op verzoek van aanstaande huwelijkspartners eenmalig worden benoemd. Over deze groep heeft de commissie het niet.

Geldt de uitspraak ook voor de nu al zittende trouwambtenaren met gewetensbezwaren?
Ja, ook voor de al zittende ambtenaar van de burgerlijke stand geldt volgens de commissie dat deze alle huwelijken moet sluiten of niet één en dus niemand mag discrimineren die door de wet wordt beschermd, in dit geval homoseksuelen.

Moeten alle zittende trouwambtenaren met gewetensbezwaren dan worden ontslagen?
Nee. Het is volgens de CGB aan de gemeente om te zoeken naar een praktische oplossing. Daarbij adviseert de CGB gemeenten om ambtenaren van de burgerlijke stand met gewetensbezwaren alle andere taken gewoon uit te laten voeren, uitgezonderd het sluiten van huwelijken. Bijzondere trouwambtenaren met gewetensbezwaren moeten echt kiezen: alle huwelijken sluiten, of geen enkele.

Waarom gunde de CGB gewetensbezwaarde trouwambtenaren in 2002 wel de ruimte?
In 2002 was de wet die het mogelijk maakte om homohuwelijken te sluiten net ingevoerd. Toen stond volgens de commissie voorop om te zoeken naar mogelijkheden om de gewetensbezwaarde trouwambtenaar tegemoet te komen. Dit was in de ogen van de commissie een overgangsfase.

De afgelopen jaren is volgens de commissie gebleken dat gemeenten de behoefte hebben duidelijk te maken dat het niet aan ambtenaren is te discrimineren. Die vraag heeft de CGB nu naar eigen zeggen principieel bekeken. Uiteindelijk moet de gemeente waarborgen dat er geen ambtenaren zijn die discrimineren.

Veel christenen hebben bezwaren tegen het homohuwelijk op grond van de Bijbel. Als zij geen trouwambtenaar meer kunnen zijn, worden zij toch gediscrimineerd?
De commissie erkent dat met name moslims en christenen geen homohuwelijk willen voltrekken. Daarom maakt een gemeente die van iedere trouwambtenaar eist alle huwelijken te sluiten indirect onderscheid op grond van godsdienst. Dat is niet op voorhand verboden. Een ambtenaar moet volgens de commissie de wet uitvoeren op alle punten.

Weegt het verbod op discriminatie vanwege homoseksuele gerichtheid zwaarder dan het verbod op discriminatie vanwege godsdienst?
In de ogen van de commissie niet. De CGB ziet het zo dat een ambtenaar in de uitoefening van zijn functie burgers niet mag discrimineren en dus ook niet vanwege iemands seksuele voorkeur.

Maar hoe zit het dan met het recht op vrijheid van godsdienst?
De commissie heeft geoordeeld dat godsdienstvrijheid geen absoluut recht is. Die vrijheid wordt begrensd door de rechten van anderen. Daarvan is sprake wanneer door de uitoefening van godsdienstvrijheid inbreuk wordt gemaakt op de rechten van anderen.

Maar wat vindt het kabinet dan van het recht op gewetensbezwaren?
De regering heeft zich steeds op het standpunt gesteld dat alle belangen, zowel van homoparen als van gewetensbezwaarde trouwambtenaren, het best tot hun recht komen door besluiten daarover te laten nemen op lokaal niveau. Daarbij komt aan de gemeenten een zekere beleidsvrijheid toe, zolang in iedere gemeente homoparen kunnen trouwen. In het regeerakkoord staat dat trouwambtenaren met gewetensbezwaren bescherming genieten en dat zo nodig wettelijk zal worden vastgelegd. Minister Plasterk verklaarde eind februari nog dat trouwambtenaren die zijn aangesteld na openstelling van het homohuwelijk ook een beroep mogen doen op gewetensbezwaren.

Kan de regering het oordeel van de CGB naast zich neerleggen?
Ja. De uitspraken van de commissie zijn niet bindend, maar in de rechtspraak wel zwaarwegend.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer