De bezoeker van de vlindertuin waant zich in de tropen. Klaterende beekjes, steile rotspartijen en tientallen vlinders die tussen felgekleurde bloemen en planten op zoek zijn naar nectar. De temperatuur werkt ook mee: in de kas van ruim 1500 vierkante meter is het ruim 25 graden en behoorlijk vochtig.Op een kar staan tientallen planten die nog voor de opening een plekje in de zogeheten Vlinder Vallei moeten krijgen. Het gaat voornamelijk om sier- en nectarplanten, vertelt Thomas Maarssen, die samen met twee broers eigenaar is van de Orchideeënhoeve. „We willen dat de Vlinder Vallei er mooi uitziet, daarom zetten we er geen waardplanten in. Dat zijn planten waar vlinders hun eitjes op leggen. De rupsen die dan uitkomen, vreten al ons groen op.”

Het idee voor een vlindertuin stamt al uit 1985, vertelt Maarssen. „Mijn vader, destijds eigenaar van de Orchideeënhoeve, bezocht de opening van de vlindertuin van het Noorder Dierenpark in Emmen om te kijken of het ook iets voor hem was. Vanwege een gebrek aan financiën is hij er nooit aan toegekomen om iets dergelijks op te zetten.”

Volgens Maarssen is de tijd er nu wel rijp voor. „Als attractie moet je af en toe met wat nieuws komen om bezoekers te blijven trekken. We hebben een oosterse, een tropische en een Maleisische orchideeëntuin. Een vierde tropische tuin heeft weinig meerwaarde, dus hebben we besloten de Vlinder Vallei op te zetten. Dat bleek haalbaar te zijn.”

Lieflijk diertje
Een gewaagd plan, want van orchideeën hebben de broers verstand, maar over vlinders wisten ze tot voor kort zo goed als niets. Toch is het openen van een vlindertuin een logische stap, vindt Maarssen. „Orchideeën zijn net stilzittende vlinders en vlinders zijn net fladderende orchideeën.”

Om zich te oriënteren bezocht Maarssen met een broer vorig jaar tientallen vlindertuinen in binnen- en buitenland. „We hebben gekeken naar de luchtvochtigheid, de temperatuur en de geur waarbij vlinders het beste gedijen. Vanaf dat moment ben ik echt verliefd geworden op de vlinder. Het is een ongelooflijk lieflijk diertje. Het bijt en gromt niet, maar is weerloos en afhankelijk. Dat trekt mij aan.”

Op dit moment fladderen zo’n 1200 vlinders van 45 verschillende soorten rond in de kas. Om dat aantal uit te breiden tot 2500 importeert Maarssen poppen, vlinders die nog in hun cocon zitten, uit Costa Rica en Engeland. „Vandaag zijn er zo’n 1000 poppen binnengekomen”, vertelt de vlinderliefhebber, terwijl hij naar een kast loopt waar tientallen dieren roerloos aan een spijker hangen. „Het duurt nul tot tien dagen voordat de poppen uitkomen. Daarna laten we ze los in de tuin. Er was gewaarschuwd voor 10 tot 20 procent uitval. Bij ons ligt dat percentage nu op 8. Daar zijn we blij mee.”

Kinderen
De komende maanden gaan de broers uitzoeken of de vlinders het goed doen in de kas. Het eerste probleem is al ontdekt. „Toen we vorige week voor het eerst vlinders loslieten, zagen we ze bijna niet meer terug. Ze kropen achter rotsen en gingen in de ventilatoren zitten die aan het plafond hangen. We raakten een beetje in paniek, want een vlindertuin zonder vlinders, dat kan natuurlijk niet. Gelukkig hebben we het weten te verhelpen door gaas over de rotsen en ventilatoren te spannen, zodat ze daar niet meer bij kunnen.”

Met de vlindertuin, de grootste van Nederland, hoopt Maarssen met name jonge bezoekers te trekken. „Op orchideeën komen vooral 65-plussers af. Dieren spreken kinderen meer aan dan bloemen. In de toekomst willen we een ruimte openen waarin we uitleg geven over de cyclus van de vlinder. We hebben gemerkt dat dat mensen interesseert. We hopen daarmee op jaarbasis 20.000 extra bezoekers te trekken.”

De stap om de naam Orchideeënhoeve te vervangen durft de vlinderliefhebber nog niet te nemen. „We hebben natuurlijk nu een bepaalde naamsbekendheid opgebouwd. Die zetten we niet graag op het spel.”

www.orchideeenhoeve.nl.