Samen met een man (48) uit Eindhoven, met wie zij ook een relatie zou hebben gehad, probeerde ze het slachtoffer uit Bodegraven vele duizenden euro’s afhandig te maken. Op 3 november werd het slachtoffer ’s avonds laat zelfs voor zijn woning afgetuigd door de Eindhovenaar, waar de Sneekse bij was. Later werden zijn autobanden lekgestoken.Een en ander zou het gevolg zijn geweest van een bizarre fantasie die zich had ontwikkeld tussen de Sneekse en de Bodegraver. Samen zouden ze hebben verzonnen hoe fijn het zou zijn als de vrouw van de Bodegraver „opgeruimd” zou worden.

De fantasie liep voor de Bodegraver uit de hand toen de vrouw en haar Eindhovense vriend met verhalen over Oekraïense huurmoordenaars kwamen en dat daarvoor geld op tafel moest komen. De verhalen werden uiteindelijk zo wild dat de politie achteraf de grootste moeite had na te gaan of er wellicht iets van dat alles waar was. Volgens officier van justitie mr. Van der Zwan was alles gefantaseerd. Ook waren volgens haar de latere verklaringen van de verdachten, als hadden zij van het slachtoffer alleen maar geld terug willen hebben dat zij hem hadden geleend voor zijn echtscheiding, allemaal gelogen. De aanklaagster gaat ervan uit dat het tweetal geprobeerd heeft de Bodegraver door pure bangmakerij af te persen.

De Eindhovenenaar werd eind februari veroordeeld tot vijftien maanden cel, waarvan vijf voorwaardelijk, voor die afpersing. In de zaak tegen de Sneekse, die volledig toerekeningsvatbaar is verklaard, doet de rechtbank op 15 april uitspraak. Een derde betrokkene, de wettige echtgenoot van de Sneekse, die volgens de officier van justitie ook zou hebben willen meedelen in de buit, zal later terechtstaan.