Bestrijd identiteitsfraude met preventie
Misbruik van persoonsgegevens op internet komt steeds vaker voor. Strafbaarstelling is niet de eerste optie bij de bestrijding ervan, vindt Bald de Vries. Preventie en bewustwording bij de burger vormen een betere aanpak.
In dit digitale tijdperk begeven wij ons steeds vaker online. Wij gebruiken internet niet slechts als een medium voor informatie maar benutten het voor allerlei diensten. We bankieren online, bestellen boeken en muziek, reserveren kaarten en doen belastingaangifte. Wij melden ons bij een digitaal loket en identificeren ons met een gebruikersnaam en wachtwoord, een bankrekeningnummer of burgerservicenummer. Ook begeven wij ons in virtuele werelden waar we contacten leggen en verhalen en informatie uitwisselen, vaak onder een pseudoniem.Het digitale tijdperk laat zich kenmerken door anonimiteit. Ook al zijn we ”live” online, in levende wijze ontmoeten we elkaar niet. Tegelijkertijd laten we allerlei gegevens achter, niet alleen op internet, maar ook thuis, op het werk, in de vuilnisbak en op straat. Persoonsgegevens die misbruikt kunnen worden. En misbruik komt steeds vaker voor. Met behulp van deze gegevens meten anderen zich een identiteit aan met als doel daarmee weer anderen te benadelen. Dit is wat we identiteitsfraude noemen.
In een recent rapport wordt het fenomeen omschreven als „het opzettelijk verkrijgen, toe-eigenen, bezitten of creëren van valse identificatiemiddelen met de intentie om daarmee een wederrechtelijke gedraging te begaan.” Identiteitsfraude behelst dus twee fasen en daarmee twee typen slachtoffers: diegene wiens identiteit wordt misbruikt en daarvan schade kan ondervinden, en diegene die het slachtoffer is van het wederrechtelijke gedrag dat erop volgt.
Valkuilen
De bestrijding van identiteitsfraude is problematisch, juist omdat persoonsgegevens makkelijk zijn te verkrijgen en identificatie en authentificatie, althans online, anoniem plaatsvinden. Identiteitsfraude neemt wereldwijd zodanige proporties aan, dat slechts een structurele en integrale aanpak vruchten kan afwerpen. Internet is een globaal domein, niet gehinderd door landsgrenzen. Cybercriminaliteit (waaronder digitale identiteitsfraude) is de criminaliteit van de toekomst.
De strafbaarstelling van identiteitsfraude is om deze reden dan ook niet een eerste optie. De bestrijding ligt vooral en voornamelijk in preventie. Van groot belang hiervoor is digitale techniek die zich richt op de controle van identiteit en de beveiliging van computerbestanden en online accounts. Constante innovatie is hierbij het toverwoord om steeds een stap voor te zijn in de strijd met cybercriminelen
Maar bovenal ligt preventie in een bewustwordingsproces bij de burger die zich online veilig waant. Wij moeten ons bewust worden van onze digitale identiteit en van de gevaren en valkuilen die de digitale omgeving kent. Voorlichting, zoals ”drie keer kloppen voor veilig internetbankieren” van de Nederlandse Vereniging van Banken, levert een bijdrage, maar is weinig structureel.
Het is de taak van de overheid om op een structurele manier, anders dan door informatiecampagnes, de burgers te doordringen van het belang van digitale preventie. De eigen verantwoordelijkheid van burgers krijgt pas betekenis indien burgers weten waarvoor zij verantwoordelijk moeten zijn en hoe zij die verantwoordelijkheid moeten nemen. Een eerste stap is echter snel gemaakt: zoals we onze fiets op slot doen en de autoramen dicht, zo moeten wij ook zorgvuldiger omgaan met onze persoonsgegevens.
De auteur is universitair docent aan de Universiteit Utrecht en medeauteur van het rapport ”Identiteitsfraude, een afbakening” (Den Haag, 2007).