Kees Wallis, kantonrechter in Breda en een van de vijf leden van de arbeidscommissie, bevestigde dinsdag dat wordt onderzocht of bepaalde aspecten van de formule moeten worden verfijnd of aangepast. In het najaar verwacht hij hierover een besluit.De kantonrechtersformule wordt gehanteerd om te bepalen hoe hoog de vergoeding moet zijn die een werknemer na ontslag meekrijgt. Doorgaans komt die neer op een maand salaris per gewerkt jaar. Veertigplussers krijgen anderhalve maand en vijftigers twee maanden per jaar.

De formule, die dateert van 1998, wordt regelmatig geëvalueerd en is enkele malen aangepast, benadrukt Wallis.

Nu kijkt de commissie met name of de leeftijdscriteria aanpassing behoeven omdat de arbeidsmarkt is veranderd, de arbeidsdeelname van ouderen is toegenomen en de samenstelling van de bevolking verandert. Ook wordt er naar de pensioenleeftijd gekeken en wordt onderzocht of er meer rekening moet worden gehouden met de financiële toestand van het bedrijf dat iemand ontslaat.

Tweede Kamerlid Van Hijum van het CDA wil van minister Donner van Sociale Zaken weten of deze het wenselijk vindt dat de discussie over modernisering van het ontslagrecht nu wordt overgelaten aan de rechters. Volgens hem is het zaak dat de politiek zich buigt over de vragen die de kantonrechters nu stellen.

Donner heeft eind vorig jaar een plan voor een soepeler ontslagrecht en beperking van ontslagvergoedingen moeten intrekken, omdat dit op verzet stuitte bij de PvdA en ChristenUnie.

Op dit moment onderzoekt de commissie-Bakker in opdracht van het kabinet de mogelijkheden voor vergroting van de arbeidsdeelname. De vraag of het ontslagrecht versoepeld moet worden, is daar een belangrijk onderdeel van.

De PvdA wil echter onder geen beding opnieuw praten over modernisering van het ontslagrecht. Vorig weekeinde gaf in deze krant ook fractievoorzitter Slob van de ChristenUnie aan dit niet langer te willen. „We moeten niet dezelfde rondjes gaan schaatsen. Dat is niet zinvol in de politiek.”

Volgens Van Heijum steken PvdA en ChristenUnie hiermee „de kop in het zand” en „haalt de werkelijkheid de politiek nu in.”

Donner wil volgens zijn woordvoerster nu niet reageren op de evaluatie van de rechters. Daarbij wijst hij op hun onafhankelijke positie.