Eerste bruiloft
„…maar een vrolijk hart is een gedurige maaltijd.”
Spreuken 15:15Onder alle bruiloftsfeesten die van het begin van de wereld tot op de dag van heden op deze aarde zijn gehouden, is er geen heerlijker geweest dan de bruiloft van onze eerste voorouders Adam en Eva in het paradijs. In deze bruiloft was Adam de bruidegom en Eva de bruid. Hij was een zoon en zij een dochter van de Allerhoogste. Zij waren beiden schoon naar het lichaam en nog schoner naar de ziel, want geschapen naar Gods evenbeeld, bestaande uit ware wijsheid, heiligheid, gerechtigheid en zalige onsterfelijkheid.
In deze bruiloft heeft de grote God (als ik het zo mag zeggen) de persoon van predikant aangenomen om deze heilige bruidegom en statige bruid in hun huwelijkse staat te bevestigen. Die twee zullen tot één vlees zijn. De bruidsschat in deze bruiloft was het volle bezit van de gehele aardbodem en heerschappij over alle schepselen. Het banket op deze bruiloft bestond uit de aangename vruchten van de lusthof in Eden, waarvan de minste appel een smakelijke delicatesse is geweest. De muziek waarmee deze bruiloft werd vereerd, was het zoete akkoord van de juichende engelen, met de liefelijke harmonie van de hemelse cherubims. Zij zongen ter ere van de nieuw getrouwden zeer heilige lofzangen. Alle menselijke taal hierover is maar klatergoud en waterverf.
Johannes Carpentier,
predikant te Barendrecht
(”Het voorspel van de bruiloft des Lams”, 1662)