VN bemiddelt in conflict over toegang Tempelberg
JERUZALEM - De Unesco, een onderdeel van de Verenigde Naties, bemiddelt in het conflict tussen Israël. Jordanië en moslimgeestelijken over de bouw van een opgang vanaf het plein voor de Klaagmuur in Jeruzalem tot de Tempelberg.
Dat heeft de directeur-generaal van de Unesco, Koichiro Matsuura, verklaard tegenover het Israëlische dagblad Ha’aretz. Het interview werd gehouden in het kader van een bezoek dat Matsuura volgende week brengt aan Israël.Twee weken geleden was er in Jeruzalem over de kwestie een ontmoeting tussen vertegenwoordigers van Israël, Jordanië en de Waqf. Jordanië ziet zichzelf als de hoeder van de islamitische heiligdommen op de Tempelberg en voerde voor 1967 het werkelijke beheer over de zowel voor Joden als moslims heilige plaats. De Waqf is een college van moslimgeestelijken dat de dagelijkse gang van zaken op de Tempelberg regelt.
Vorige week keurde de stad Jeruzalem de aanleg van een nieuwe brug vanaf het plein voor de Klaagmuur naar de zogenaamde Morenpoort officieel goed. De Morenpoort is de enige toegang voor Joden en toeristen tot de Tempelberg.
Begin vorig jaar ontstond grote opschudding in Jeruzalem toen de Israëlische autoriteiten begonnen met de aanleg van een nieuwe, brede toegang naar het Tempelplein. De oude toegang had door een aardbeving, enkele jaren terug, schade opgelopen en stond op instorten. De nieuwe opgang moest een tijdelijke toegangsbrug vervangen.
Omdat het gebied rond de Tempelberg van grote archeologische waarde is, beschuldigden moslims de Israëlische regering ervan schade te willen toebrengen aan de locatie en aan de op de Tempelberg gelegen islamitische heiligdommen, waaronder de al-Aqsamoskee. Het leidde tot relletjes bij de bouwplaats.
Volgens Matsuura heeft het gesprek tussen de drie partijen over het conflict nog niet tot een oplossing geleid. Maar hij liet zich wel optimistisch uit over de kansen dat de partijen er de komende weken toch uitkomen. Bij het overleg wil de Unesco nadrukkelijk bemiddelaar en geen partij zijn.
De Tempelberg in de Oude Stad van Jeruzalem werd in 1967 tijdens de Zesdaagse Oorlog door Israël veroverd op Jordanië. Op de heuvel hebben de Eerste en de Tweede Joodse tempel gestaan. De Tempelberg is daarmee voor Joden de meest heilige plaats ter wereld. Het enige overblijfsel van de Tweede Tempel is de zogenaamde Klaagmuur, officieel de Westelijke Muur. Na de verovering in 1967 kregen Joden voor het eerst in bijna 2000 jaar weer zeggenschap over deze plaats.
Het beheer over de Tempelberg zelf, met daarop de Rotskoepel en de al-Aqsamoskee, werd door Israël enkele dagen na de verovering op Jordanië overgedragen aan moslimleiders. Israël is wel verantwoordelijk voor de veiligheid op de Tempelberg. De moslims beheren in principe alle toegangen tot het Tempelplein, behalve de Morenpoort. Bij ongeregeldheden stuurt Israël via deze poort de politie of het leger de Tempelberg op om de orde te herstellen. Vandaar dat een goede toegang tot deze poort voor Israël van groot belang is. In Israël is het verplicht om op historisch belangrijke plaatsen eerst archeologisch onderzoek te verrichten voordat er gebouwd mag worden. Bij iedere bouwactiviteit op of in de omgeving van de Tempelberg beschuldigen Joden en moslims elkaar van het vernietigen van belangrijk archeologisch materiaal. Veel moslims ontkennen dat op de heuvel aan de oostkant van Jeruzalem ooit een Joods heiligdom heeft gestaan. Op hun beurt twijfelen veel Joden eraan of de profeet Mohammed wel ooit in Jeruzalem is geweest, zoals de islam beweert.