Kerk & religie

„Ik heb veel te danken aan de gemeenten”

MAASSLUIS - Het is een terugkerend refrein in zijn levensverhaal. De grote waardering die ds. J. van Belzen (56), predikant van de hervormde wijkgemeente Groote Kerk in Maassluis, heeft voor de gemeenten die hij heeft gediend. „Ik was menselijkerwijs gesproken niet geweest die ik ben zonder hun onvoorwaardelijke hulp en steun.”

W. H. van Egdom
24 January 2008 09:17Gewijzigd op 14 November 2020 05:29
MAASSLUIS – Ds. J. van Belzen, predikant van de Groote Kerk in Maassluis, herdacht vorige week zijn 25 jarig predikantsjubileum. „De dominee moet een gewoon mens zijn. Omdat het onmogelijk is dat een predikant buitengewoner is dan zijn Zender, Jezus Chris
MAASSLUIS – Ds. J. van Belzen, predikant van de Groote Kerk in Maassluis, herdacht vorige week zijn 25 jarig predikantsjubileum. „De dominee moet een gewoon mens zijn. Omdat het onmogelijk is dat een predikant buitengewoner is dan zijn Zender, Jezus Chris

Al eeuwen torent de Groote Kerk van Maassluis -de kerk waar ooit Feike Asma als kerkorganist de toetsen beroerde- uit boven de omringende bebouwing. Hoog, breed, dominant. Met een slanke toren als verticaal accent.„Een grootscheepse restauratie van het gebouw is bijna afgerond”, meldt ds. Van Belzen. „Een wonder dat dat nog kan in deze tijd. Mede dankzij een grote gift uit een fonds die de gemeente heeft gekregen. Ik ben erg blij dat in deze kerk iedere zondag twee keer een gemeente van Jezus Christus bij elkaar mag komen.”

Dat is, zeker in het westen van Nederland, al lang geen vanzelfsprekendheid meer, weet de predikant uit ervaring. „Op papier is onze wijkgemeente groot, zo’n 1500 leden. De kern van de gemeente bestaat uit zo’n 600 meelevende mensen. Vol zit de kerk op zondag meestal niet meer. Maar we zijn blij met de 400 kerkgangers in de morgendienst.”

Ds. Van Belzen, geboren in Zeeland, werd tot hervormd predikant bevestigd in Langerak. „Ik kom uit een heel eenvoudig milieu en kreeg pas op latere leeftijd het verlangen predikant te worden.” Hij zwijgt even. „Daar wil ik niet te hoog van opgeven, van dat verlangen. Het was een bescheiden verlangen, laat ik het zo maar zeggen. Ik ben er namelijk van overtuigd dat je een bevestiging van je roeping en dienst moet krijgen in de weg van de roeping door de gemeente.”

Het beroep naar Langerak was voor ds. Van Belzen een extra wonder, omdat er tijdens zijn theologiestudie gezondheidsproblemen aan het licht kwamen bij zijn vrouw. „Ze heeft Multiple Sclerose (MS) en is inmiddels opgenomen in een verpleeghuis. Dat is ingrijpend, maar ik wil er absoluut niet dramatisch over doen. We hebben samen altijd ontzettend veel steun en hulp gehad uit de gemeenten die we mochten dienen. Niets was en is te veel. Ik ervaar dat nog steeds als bijzonder. En daarom wil ik ook heel nadrukkelijk zeggen dat ik niet geweest was wie ik nu ben zonder de gemeenten die ik heb gediend. Er wordt wel eens afgegeven op gemeenten, er is soms nogal wat kritiek, maar ik wil heel graag dit positieve benadrukken.”

Niet profileren
Omkijken in verwondering, noemt de predikant het. „Roeping en dienst hingen de afgelopen 25 jaar meerdere keren aan een zijden draadje, als het om ons ging. Echt. Want de handicap van mijn vrouw maakte bijvoorbeeld flinke aanpassingen noodzakelijk in de pastorieën. En zowel in mijn eerste gemeente Langerak, in mijn tweede gemeente Hattem, als hier in Maassluis is voor de kerkrentmeesters nooit iets te veel geweest.”

Met de gemeenten waar de predikant stond, heeft hij een band gekregen voor het leven. „Ik heb veel met ze. Blijf voor m’n gevoel altijd aan ze verbonden. Zo heb ik in alle drie de gemeenten een dankdienst geleid in het kader van het 25-jarig predikantsjubileum. Hier in Maassluis waren ook mijn vrouw en onze vier kinderen daarbij aanwezig. Als ik dat tot me laat doordringen, ben ik echt verwonderd over de goedheid van God. Dat Hij ons tot hier gebracht heeft.”

Ds. Van Belzen noemt zichzelf een man van de binnenkant. „Ik heb een grote hekel aan profilering. Dat je iets moet worden met jezelf. Ik had er ook simpelweg geen tijd voor om mezelf te profileren. Mijn vrouw heeft heel vaak in het ziekenhuis gelegen, we hadden vier kleine kinderen, wanneer had ik aan m’n carrière moeten werken, zo ik dat had gewild? Ik zou het echt niet weten. Wij keken niet vooruit. Maar we mochten wel geloven dat God ook morgen zorgt. Dat geeft rust.”

De persoonlijke omstandigheden maakten dat de predikant gemakkelijk struikelen kan over veel discussie over kleinigheden. „Daar kan ik slecht tegen. Dat is niet vruchtbaar, je bereikt er niets mee. Zowel in Hattem als in Maassluis heb ik gezien dat het heel belangrijk is dat je het geheel van de gemeente op het oog hebt. Dat is niet altijd makkelijk, zeker niet in een moderne stad als Maassluis. Het betekent niet dat je niet stellig kunt zijn, dat je alles maar opgeeft. Je mag en moet, als gemeente met een duidelijke kleur, voor dingen staan. Wij zijn een hervormde wijkgemeente met een duidelijke identiteit. Maar in het grote geheel proberen we ook bruggen te slaan, met elkaar in gesprek te raken. Niet over de thema’s waarover je grondig van mening verschilt, maar juist over dingen waarin je elkaar kunt vinden.”

Gewoon
Toen in 2000 het beroep kwam van de hervormde gemeente van Maassluis, durfde ds. Van Belzen niet te bedanken. „Maassluis was 3,5 jaar vacant en ik was de dertiende predikant die beroepen werd. Toen de beroepsbrief uit Maassluis kwam, stond ik tien jaar in Hattem. Ik wilde er helemaal niet weg, het was er goed. Maar je moet als predikant, om bijvoorbeeld 25 jaar in een gemeente te kunnen staan, wel van een bepaald kaliber zijn. Dat vind ik echt. Je moet van hoge kwaliteit zijn wil je zo lang in een gemeente kunnen staan. En ik moet eerlijk zeggen: die capaciteiten heb ik niet. Dat weet ik van mezelf.”

Ds. Van Belzen ziet zichzelf het liefst als een gewone dominee. „Als je echt beseft wat het betekent dat God, de hoge en heilige God, Zich aan ons heeft willen doen kennen door Jezus Christus in ons vlees te doen komen, dan kun je als dominee onmogelijk hoog te paard zitten. Als je dat Evangelie wilt overbrengen aan anderen, dan blijf je een gewoon mens. Niets meer. Iemand zei eens tegen me: Een dominee moet veel van God houden en veel van de mensen. Dat is waar. Als je alleen veel van God houdt en niet van de mensen, gaat het verkeerd. Als je alleen van de mensen houdt, ook. De dominee moet een gewoon mens zijn. Omdat het onmogelijk is dat een predikant buitengewoner is dan zijn Zender, Jezus Christus.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer