Buitenland

„Hoge adviseur Sharon sprak met leider Palestijnen”

Een adviseur van de Israëlische premier Ariel Sharon heeft onlangs in Qatar in het geheim met een leider van de Palestijnen gesproken over de mogelijke hervatting van Israëlisch-Palestijnse vredesonderhandelingen. Dat heeft een vertegenwoordiger van de Israëlische regering woensdag gezegd.

AP
2 October 2002 14:12Gewijzigd op 13 November 2020 23:51

De adviseur zou Ephraim Halevy zijn, die tot voor kort aan het hoofd stond van de Israëlische geheime dienst, de Mossad, en nu voorzitter is van de Nationale Veiligheidsraad. De regeringsvertegenwoordiger wilde niet zeggen wie zijn Palestijnse gesprekspartner was, maar volgens de Israëlische krant Yediot Ahronot heeft Halevy zes weken geleden in Qatar gesproken met de tweede man van de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie, Mahmoud Abbas.

Halevy zou Abbas bij die gelegenheid een boodschap van Sharon hebben overhandigd, waarin stond dat Israël een langetermijnovereenkomst met de Palestijnen wil sluiten, op grond waarvan er een voorlopige Palestijnse staat zou moeten komen, nadat er een eind is gekomen aan de terreur jegens Israël. De Qatarese minister van buitenlandse zaken zou bij het gesprek hebben bemiddeld. Abbas, die enkele dagen geleden ook in Qatar was, ontkende woensdag echter dat hij met Halevy of een andere vertegenwoordiger van Israël heeft gesproken. „Als dat wel zo was geweest dan was ik daar wel voor uitgekomen”, zei Abbas. Volgens hem heeft Israël het gerucht over de ontmoeting verspreid om de - verkeerde - indruk te wekken „dat het wel goed gaat tussen de twee partijen”.

Ook woensdag werd bekend dat de Fatah-beweging van de Palestijnse leider Yasser Arafat het idee heeft laten varen om een in het nieuwe Palestijnse kabinet een premier te benoemen. Fatah had Abbas naar voren geschoven als kandidaat voor een dergelijke post, maar Arafat verzette zich tegen het idee zijn macht te moeten delen met een premier. Arafat moet een nieuw kabinet vormen, omdat het oude vorige maand is opgestapt om te voorkomen dat het zou worden weggestemd door het parlement. Arafat bevestigde woensdag dat hij het centraal comité van Fatah heeft gevraagd hem drie weken extra te geven om een kabinet samen te stellen.

Dat Fatah niet meer aandringt op de benoeming van een premier hangt samen met de recente belegering van Arafats hoofdkantoor in Ramallah door het Israëlische leger. Israël heeft onder druk van de Verenigde Naties en de Verenigde Staten een eind gemaakt aan de belegering, maar Israëlische soldaten houden het kantoor nog altijd nauwlettend in de gaten, omdat zich er door Israël gezochte Palestijnen zouden schuilhouden. Ook in Israël is de belegering fel bekritiseerd, omdat die de hervormingen die in gang waren gezet binnen het Palestijnse Bestuur alleen maar zou vertragen. Het besluit van Fatah lijkt dit te bevestigen.

Arafat riep de Verenigde Staten woensdag op geen geld vrij te maken voor de verplaatsing van de Amerikaanse ambassade in Israël naar Jeruzalem. De Amerikaanse president George Bush zette dinsdag zijn handtekening onder de begroting van het ministerie van buitenlandse zaken, waarin geld wordt gereserveerd voor de verplaatsing van de ambassade, die nu in Tel Aviv staat. Verplaatsing van de ambassade zou neerkomen op de erkenning van Jeruzalem als hoofdstad van Israël. Arafat zei dat dit een ramp zou zijn. Bush heeft overigens duidelijk gemaakt dat de ambassade niet verplaatst zal worden. Net als de meeste andere landen erkennen de VS Jeruzalem niet als hoofdstad van Israël. Het is steeds de bedoeling geweest dat Israël en de Palestijnen het in vredesonderhandelingen eens zouden worden over de status van de stad, waarvan het Arabische deel in 1967 door Israël werd geannexeerd.

De Israëlische politie maakte woensdag in een benzinestation bij Afula in het noorden van het land een bom onschadelijk. De bom, die in een damestas zat, had volgens de politie zware schade kunnen aanrichten. De politie denkt dat Palestijnse extremisten uit Jenin op de Westoever de bom bij het tankstation hebben achtergelaten.

In Tamoun op de Westoever blies het Israëlische leger het huis op van een lid van de militante moslimbeweging Hamas, dat een joodse nederzetting zou hebben beschoten. In het huis woonden vijftien mensen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer