Historisch minimum aantal stankklachten Rijnmond
SCHIEDAM (ANP) – Nog nooit hebben Rijnmonders zo weinig geklaagd over stank. Dat blijkt dinsdag uit de jaarcijfers van DCMR Milieudienst Rijnmond. De meeste klachten in 2007, 16.000, gingen over geluidsoverlast.
Het merendeel aan klachten ontving de DCMR over vliegtuiglawaai. „Daarbij is opvallend dat 10 procent van de melders verantwoordelijk is voor 80 procent van de meldingen", aldus de DCMR. Ook trokken veel bewoners aan de bel over herrie door de horeca. Een kleine 4 procent is hier volgens de milieudienst verantwoordelijk voor.Stankoverlast vormt steeds minder een probleem. Vorig jaar kreeg de meldkamer ruim 5100 telefoontjes over een vieze lucht. Een jaar eerder waren dat er nog 400 meer. In 2003 vonden nog ruim 9200 bewoners dat het stonk.
Stankklachten hangen nauw samen met incidenten bij bedrijven, verwacht de milieudienst. Vorig jaar had de industrie relatief kleine problemen. Dit in tegenstelling tot een paar jaar eerder. In 2003 lekte uit een opslagtank bij Vopak in de Botlek 1,6 miljoen liter ortho–cresol. In korte tijd belden honderden mensen dat ze een vieze lucht roken. Bovendien nemen steeds meer bedrijven doeltreffende maatregelen.
Het aantal incidenten bij bedrijven nam in 2007 wel toe van 218 tot 232. Zo ramde op 18 januari een containerschip een steiger bij Maasvlakte Olie Terminal (MOT). Hierdoor stroomde ruwe olie in het water. Op 4 april daalde wit poeder neer in Spijkenisse. Het ongevaarlijke poeder, dat was ontsnapt bij Shell, veroorzaakte grote onrust onder de plaatselijke bevolking.
De DCMR wijst erop dat stankhinder niet alles zegt over de luchtkwaliteit in het Rijnmondgebied. „Er is ook luchtverontreiniging die niet is te ruiken, maar die wel schadelijk is", zei een woordvoerster. Ze doelt onder meer op fijn stof.