Kerk & religie

Subsidie niet vanzelfsprekend

De op de synode van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt gevoerde discussie over een subsidieaanvraag voor de Theologische Universiteit in Kampen is opmerkelijk. De meeste theologische opleidingen van afgescheiden kerken bekostigen hun opleiding tot het predikantschap uit eigen portemonnee.

Kerkredactie
1 October 2002 10:25Gewijzigd op 13 November 2020 23:50

Uitzonderingen vormen de Theologische Universiteit van de Christelijke Gereformeerde Kerken in Apeldoorn, die al sinds 1975 subsidie krijgt, en de Theologische Universiteit van de Gereformeerde Kerken in Kampen, die eveneens sinds jaar en dag subsidie ontvangt.

De synode van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt besprak de subsidiekwestie afgelopen vrijdag in Zuidhorn. Het bestuur van de Theologische Universiteit (TU) gaat onderzoek doen naar de voorwaarden en mogelijkheden van subsidie voor Kampen. In hun rapport stelden de curatoren echter dat gehele of gedeeltelijke subsidie geen aanbeveling verdient, vanwege het besloten karakter van de universiteit. Een van de overheid afhankelijke positie is niet wenselijk, aldus curator ds. J. W. van der Jagt. „Ook ben ik beducht voor het teruglopen van de liefde voor de opleiding. De financiële band is een uiting van die liefde.”

De Theologische Universiteit van de Christelijke Gereformeerde Kerken te Apeldoorn vroeg in 1974 een gedeeltelijke subsidie aan van 48 procent, die een jaar later werd toegezegd. „Voor de komende tijd is het de bedoeling door te groeien naar een subsidie van 100 procent”, zegt president-curator ds. H. van den Heuvel. De opleiding diende daartoe vorig jaar een aanvraag in.

Van overheidsbemoeienis heeft de universiteit volgens ds. Van den Heuvel nooit last gehad. „De overheid kijkt over onze schouders mee, maar let niet op de religieuze insteek van de opleiding. Voor haar is kwaliteit het belangrijkste.” De president-curator geeft echter aan dat daar in de beginperiode wel anders over werd gedacht. „De aanvraag voor 48 procent in 1974 was een heel bewuste. We zouden de regie dan toch zelf in handen houden.”

Het argument dat met subsidiëring het besloten karakter van de universiteit verloren kan gaan, vindt bij ds. Van den Heuvel geen ingang. „Al in 1968 hebben we de opleiding opengezet voor studenten die geen predikant wilden worden. De gereformeerde theologie is breder dan de eigen kerken. Onze universiteit is wel geworteld in de kerken, maar we hebben ook een roeping naar de wereld.”

Ook de TU van de Gereformeerde Kerken, waaruit de universiteit van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt is ontstaan, ontvangt al jaren een volledige overheidssubsidie. De overweging was destijds niet moeilijk, zegt ds. A. van der Waal, voorzitter van het curatorium. „Als je op een serieuze manier op wetenschappelijk niveau wilt meedraaien zoals dat elders gebruikelijk is, kun je dat niet uit eigen zak betalen.”

Anders ligt het voor de Theologische School van de Gereformeerde Gemeenten in Rotterdam. Ds. J. J. van Eckeveld, voorzitter van het curatorium, benadrukt dat de opleiding „van en voor de gemeenten” is. „We zijn een kerkelijke opleiding, die door de gemeenten wordt bekostigd.”

Wel refereert de curator aan de vorig jaar gehouden synode, waarin een commissie met een rapport kwam over de financiële situatie van de school. Die bleek niet al te rooskleurig te zijn. „De commissie heeft de toestand bekeken en gezegd: „Jullie teren op de inkomsten uit renten en legaten.”

Ds. Van Eckeveld: „Er is toen een officieel verzoek van de synode uitgegaan naar alle gemeenten om de school niet te vergeten. Desnoods vragen we de gemeenten twee keer per jaar een collecte voor de school te houden. En ik heb best het idee dat dit zal landen”, aldus de predikant.

Een subsidieaanvraag is bij het curatorium van de Gereformeerde Gemeenten nooit aan de orde geweest. „We hebben daar eigenlijk nooit serieus over gesproken of gedacht”, zegt de voorzitter. „Er doet zich daarbij een aantal vragen voor, bijvoorbeeld: In hoeverre blijf je vrij? Welke wetenschappelijke eisen stelt de overheid?”

Ook in de Nederlands Gereformeerde Kerken is van een subsidieaanvraag nooit sprake geweest, weet ds. G. van Keulen. Hij is voorzitter van de raad van toezicht en advies van het Nederlands gereformeerd seminarie. „Het seminarie heeft een laag budget, omdat een heleboel werk vrijwillig wordt gedaan. De predikanten ontvangen tegenwoordig wel een vergoeding, maar de kosten daarvan worden allemaal opgevangen uit giften van de kerken.” Volgens ds. Van Keulen lopen die giften zelfs op. „Mogelijk komt dat door de nieuwe start van het seminarie. Uiteindelijk moet de predikantsopleiding een onderdeel worden van de christelijke gereformeerde universiteit in Apeldoorn. De positie van het seminarie is daarom niet onomstreden.”

Overigens volgen lang niet alle studenten uit de Nederlands Gereformeerde Kerken hun opleiding via het seminarie. „Van oudsher studeren de aankomende predikanten aan verschillende opleidingen. Daarmee zijn we niet zo gelukkig”, zegt ds. Van Keulen. Deze studenten krijgen begeleiding via de zogeheten Theologische Studiebegeleiding van de Nederlands Gereformeerde Kerken. Ds. Van Keulen: „Maar op termijn moeten ze allemaal in Apeldoorn terechtkomen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer