Als een wolf
„En als hij reisde, is het geschied dat hij nabij Damaskus kwam, en hem omscheen snellijk een licht van de hemel.”
Handelingen 9:3 Hoor eens wat er gebeurde toen deze woedende Saulus, opgehitst door de vorsten en het volk van de Joden tegen het christenvolk en zo tegen de Messias Zelf, als een brullende leeuw op weg gaat naar Damaskus. Hij is nu op weg om als een wolf te verscheuren en zijn roof te zoeken waar hij die vinden mag.
Die in de hemel woont en voor Wie de inwoners van de aarde zijn als sprinkhanen, zal deze raadslag bespotten. Hij zal Saulus verschrikken in Zijn toorn, die nochtans met genade en barmhartigheid is gemengd om van een Saulus een boetvaardige Paulus te maken. Wat hij ten kwade gedacht had, is ten goede voor de Kerk uitgevallen.
Het was de juiste tijd, juist toen zijn gedachten vol waren van listige aanslagen. Het was niet ver van Damaskus, waar hij als een roofdier heenging om de weerloze schaapjes van de kooi van Christus te bespringen. Hij was niet ver van zijn begeerde roof meer af. Hij dacht zo Damaskus in te lopen, zonder dat iemand hem in zijn loop kon stuiten. Op die tijd was het, toen het reeds tot het uiterste met Saulus was gekomen en het water de gelovigen in Damaskus tot aan de lippen stond. Toen, ja, toen greep de Heere in en liet zien dat Hij nog over Zijn kudde waakte, opdat ze niet verloren zou gaan in eeuwigheid.
Joachimus Mobachius,
predikant te Den Bosch
(”De staat van een uitverkorene”, 1744)