„Geen heropening zaak na vrijspraak”
DEN HAAG (ANP) - Scheidend voorzitter B. van Delden van de Raad voor de rechtspraak vindt niet dat iemand die onterecht is vrijgesproken van een misdaad, later opnieuw moet worden vervolgd als er nieuw bewijs opduikt.
Hij zei dat zaterdag in een interview in NRC Handelsblad.In juni brachten politie en justitie in Rotterdam de kwestie al aan de orde. Een meerderheid van de Tweede Kamer sprak zich toen uit voor de mogelijkheid in bepaalde gevallen de strafzaak van een vrijgesprokene te heropenen. Ook voorzitter Harm Brouwer van het College van Procureurs-Generaal, de leiding van het openbaar ministerie, liet onlangs weten daar voorstander van te zijn.
Op dit moment kan de Hoge Raad besluiten tot herziening van een zaak waarbij iemand onherroepelijk is veroordeeld. In het geval van vrijspraak kan dat niet. Het gaat om het rechtsbeginsel dat ook wel bekendstaat als ”ne bis in idem”, Latijn voor ”niet twee keer hetzelfde”.
Van Delden vindt dat het zo moet blijven. „Ik geloof heel erg in de leer dat er een keer een eind aan een procedure moet komen. Ook als de vrijspraak achteraf misschien onterecht is. Dat is dan heel afschuwelijk, voor veel betrokkenen. Maar dat is voor mij minder een probleem in het licht van het grote goed van rechtspleging.” „Je moet een keer ophouden. Ook als rechter. Je moet kunnen berusten. Ook een samenleving moet dat kunnen”, stelt hij verder.