„Slopen kerkgebouw is ook optie”
AMSTERDAM - In Nederland sluiten jaarlijks tientallen kerken hun deuren. Wat moet er met deze gebouwen gebeuren? Slopen moet een optie blijven, vindt hoogleraar archeologische monumentenzorg prof. dr. Jos Bazelmans. Hij sprak donderdag in Amsterdam in theater Podium Mozaïek -de voormalige gereformeerde Pniëlkerk- op een studiedag over de toekomst van kerkgebouwen.
Exacte cijfers van het aantal leegstaande kerkgebouwen heeft hij niet. Bazelmans schat dat er van de ruim 9000 kerken, kapellen en kloosters in Nederland zo’n 4700 gebouwen een andere bestemming hebben gekregen. Andere kerken zijn inmiddels gesloopt. „We moeten nooit de vraag uit de weg gaan of een gebouw zijn waarde heeft verloren.”Maar vaak gaan sloop en nieuwbouw samen, aldus Bazelmans. Hij laat een foto zien van een bouwplaats uit 1900. In Noord-Brabant en Limburg moesten in die tijd tientallen middeleeuwse kerken plaatsmaken voor imposante neogotische kerkgebouwen. „En tegenwoordig kiezen veel behoudende kerkgenootschappen voor nieuwbouw.”
Veel leegstaande kerkgebouwen krijgen een andere bestemming. Als kantoor, appartementencomplex of boekhandel. „Er wordt wel eens gezegd: Maak er een moskee van. Maar zo eenvoudig ligt dat niet. Moslims hebben liever een gebouw in eigen stijl.”
Bazelmans mist nog een leidraad voor gemeenten die hun gebouw moeten sluiten. „Wat moeten deze kerken doen? Welke mogelijkheden zijn er voor herbestemming? Zo’n leidraad bestaat er jammer genoeg nog niet.”
Hier ziet de hoogleraar een taak voor de taskforce toekomst kerkgebouwen, een organisatie zich inzet voor het behoud van religieus erfgoed. Door Jelsma van de taskforce zegt desgevraagd dat minister Plasterk het burgerinitiatief een actieve rol heeft toegekend in het toewerken naar nieuw beleid voor het religieus erfgoed in het komende jaar. „In overleg met het bestuur van het Jaar van het Religieus Erfgoed en betrokken organisaties moeten we dit nog nader invullen.”
Buurthuis
In een woonwijk nemen kerkgebouwen een belangrijke plaats in, weet Jeroen Broeders, voorzitter van het Amsterdamse stadsdeel Bos en Lommer en „niet-praktiserend atheïst.” In zijn 30.000 inwoners tellende wijk ziet hij kerkgebouwen en moskeeën als „spannende elementen” in een vrij eenvormige stedenbouwkundige structuur. Ze voorzien in een maatschappelijke en religieuze behoefte, en vormen ook een ontmoetingsplaats voor bewoners. „Gebedshuizen zijn onze grootste buurthuizen.”
Broeders ziet weinig in herbestemming van kerkgebouwen. Liever ondersteunt hij bestaande geloofsgemeenschappen die een belangrijke maatschappelijk functie vervullen. „De scheiding tussen kerk en staat ligt niet bij de voordeur van een kerkgebouw, maar bij de drempel van een gebedsruimte.”
Ook dr. Frank Petter, burgemeester van Woudrichem en voorzitter van de taskforce toekomst kerkgebouwen, vindt het belangrijk dat de kerk aanwezig is in de samenleving. „We hebben te veel last van secularisatiekramp en denken dat de kerk moet worden afgebroken als er te weinig gelovigen zijn. Nee, we moeten kijken naar de functie van het kerkgebouw in een wijk.”
Sacraal
Hij mist aandacht voor de „theologische achtergrond” van een kerkgebouw. „Een kerk is óók een verwijsteken naar de religieuze geschiedenis. Het Woord is onder ons gekomen.”
Stedenbouwkundige dr. Kees Doevendans, voorzitter van de werkgroep kerkbouw binnen de Protestantse Kerk, heeft geen moeite met herbestemming van kerkgebouwen. „Sommige huis-tuin-en-keukenkerkgebouwen in naoorlogse wijken hebben weinig historische waarde - hoewel ze wel een belangrijke publieke rol kunnen vervullen.”
Een kerkgebouw is niet iets sacraals, vindt Doevendans. Het mag ook voor andere doeleinden worden gebruikt. „Natuurlijk heb ik wel mijn voorkeuren. Als in Diemen een kerk wordt omgebouwd tot garage, dan vind ik dat minder geslaagd. Maar een gebouw mag best aan de profaniteit worden teruggegeven. Een eredienst kan overal plaatsvinden.”