Binnenland

Werkstraf geëist voor drugshandel

ARNHEM - De 23-jarige M. C., die zich in Nijkerk schuldig heeft gemaakt aan de handel in zowel hard- als sofdrugs, krijgt als het aan justitie in Arnhem ligt 240 uur onbetaalde arbeid, naast zes maanden cel voorwaardelijk.

Van onze correspondent
28 November 2007 08:59Gewijzigd op 14 November 2020 05:19

Het openbaar ministerie zegt bovendien dat de verdachte heling op het strafblad kan bijschrijven, doordat de man probeerde auto’s te verkopen waarvan hij wist dat ze gestolen waren.In de zaak tegen een medeplichtige, de 26-jarige Nijkerker R. L., is bij verstek opnieuw drie jaar cel geëist. De zaak tegen de man, die een groter aandeel in de misdrijven had, werd eerder dit jaar aangehouden om alsnog enkele getuigen te horen. Echter, het getuigenverhoor was voor de officier van justitie geen reden om een andere strafeis uit te spreken.

Samen met zijn kompaan dealde C., die tegenwoordig niet meer in Nijkerk woont, acht maanden lang in coke, xtc en amfetamine. Hij zou zijn afnemers per week eerst 5 gram hebben geleverd, maar dit aantal liep fors op tot 20 gram. Daarnaast verkocht hij 2600 gram wiet aan een Duitser, die het spul naar het buitenland wilde smokkelen. Toen de 23-jarige C. in juni vorig jaar uiteindelijk tegen de lamp liep, bleek dat hij zich eveneens had beziggehouden met heling.

Tijdens de zitting ontkende de man zo uitgebreid in verdovende middelen te hebben gedeald als justitie zegt. De beschuldiging van het OM dat de verdachte „volop in de drugs” zat, wees C. van de hand. „Er was helemaal geen sprake van handel. Ik leverde wel eens wat coke als vriendendienst. Maar ik heb er zelf niets aan verdiend.”

De verdachte ontkende de sofdrugs aan de Duitser te hebben verkocht. Ook de beschuldiging dat hij de auto’s wilde doorverkopen, is volgens de man onjuist.

Maar de officier van justitie vond dat er voor alle feiten voldoende bewijzen op tafel liggen. In afgetapte telefoongesprekken zouden C. en zijn medeplichtige in bedekte termen over verdovende middelen hebben gesproken. „We hebben het over een indrukwekkende lijst van strafbare feiten, waarin het met name om drugs gaat”, aldus de aanklaagster.

Maar mede omdat C. niet eerder met justitie in aanraking is gekomen, hield de officier het bij een voorwaardelijke celstraf en onbetaalde arbeid.

Uitspraak in beide zaken: 11 december.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer