Dat adviseert het Milieu- en Natuurplanbureau (MNP) in een rapport dat vanmorgen is overhandigd aan minister Cramer van Milieu. Het rapport ”Nederland en een duurzame wereld” is het tweede deel van de tweede duurzaamheidsverkenning. Het is opgesteld op verzoek van het vorige kabinet-Balkenende.Het kabinet moet per beleidsvoornemen „systematisch” inzichtelijk maken wat de gevolgen zijn voor klimaat, biodiversiteit en armoede, aldus het MNP. Een dergelijke rapportage kan vervolgens de basis bieden voor aanvullend beleid.

Volgens het MNP zijn Nederlanders in toenemende mate bereid om te betalen voor maatregelen die klimaatsverandering aanpakken. Voor het behoud van biodiversiteit zijn mensen minder bereid te betalen. Nederlanders vinden dat de overheid moet zorgen voor verduurzaming van producten, waaronder brandstof.

Het planbureau stelt dat de internationale doelstellingen voor armoedebestrijding, biodiversiteit en klimaatsverandering niet worden gehaald. Dat komt omdat de wereldbevolking tot 2040 met nog bijna 50 procent zal groeien tot ruim 9 miljard mensen. Het energieverbruik en de kooldioxide-uitstoot zal ook met de helft toenemen.

Als overheden bereid zijn 0,5 procent van het bruto binnenlands product (bbp) te reserveren, kunnen de doelstellingen voor hongerbestrijding, onderwijs en gezondheidszorg wel worden gehaald. De kosten om de gemiddelde temperatuurstijging tot 2 graden te beperken, bedragen in 2040 enkele procenten van het bbp.

De mogelijkheden om landbouwgronden te gebruiken voor de productie van biobrandstoffen, zijn volgens het bureau beperkt. In 2040 zullen alle beschikbare hoogproductieve landbouwgronden zijn ingezet voor voedselproductie. Zelfs bij maximale inzet van alle beschikbare technieken zal in Brazilië en Afrika veel biodiversiteit verloren gaan door de vraag naar landbouwproducten. Vooral de toenemende vraag naar vleesproducten zal schade toebrengen aan veel natuurgebieden.