Opinie

Jeugdkerk houdt spiegel voor

Een van de grootste jeugdkerken, Godfashion in Zwolle, besloot in september te stoppen met de maandelijkse bijeenkomsten. Op het hoogtepunt trokken de vieringen meer dan 2000 jongeren. De laatste tijd was er een sterke daling van het aantal bezoekers naar ongeveer 250. Dat blijkt een trend te zijn. Hoe moet deze ontwikkeling getaxeerd worden?

Dr. H. van den Belt
9 November 2007 17:18Gewijzigd op 14 November 2020 05:16

Zwolle staat niet op zichzelf. In maart 2004 startte in Barneveld de jongerenkerk, Potter’s Hand. De website meldt: „Vrienden van Potters Hand, zoals jullie waarschijnlijk al gehoord of gelezen hebben, organiseren we vanaf nu geen maandelijkse viering meer…” Heartbeat, de jongerenkerk van Amersfoort, organiseert sinds november niet langer twee maar slechts één ”event” per maand.Kenmerkend voor de jeugdkerken is de eigentijdse vormgeving, vooral qua muziek en zang. Gospelartiesten verzorgen optredens en de samenzang wordt begeleid door een band, waarbij een ”worshipleader” de liederen aan elkaar praat. Zangbundels zijn niet nodig, alles komt op het scherm. De sfeer wordt bepaald door de massaliteit van de samenkomst. Jongeren worden in hun eigen taal aangesproken en ervaren een kick. De uitleg en de verkondiging van het Woord spelen wel een rol, maar staat minder centraal dan in de gewone kerkdiensten. De verkondiging -liefst niet langer dan tien of vijftien minuten- wordt ondersteund door drama.

Bezinning
Het is verleidelijk om opgelucht te concluderen dat het nieuwtje er af is. Toch is bezinning meer op haar plaats. De afgelopen jaren zijn tienduizenden orthodox-christelijke jongeren met de jeugdkerken in aanraking gekomen. Hoewel de meerderheid niet uit reformatorische kerken komt, gaat er toch aantrekkingskracht van uit. Bovendien zet de beweging zich voort op kleinere schaal en op plaatselijk niveau. Zo wordt op Urk tweemaandelijks een jeugddienst georganiseerd onder de naam Naie Start, „especially for you(th), from Urk!” aldus de site. Cross-road in Hoogeveen gaat op tournee langs de plaatselijke kerken. In plaats van de sporthal worden nu kerkgebouwen aangedaan.

Het is niet eenvoudig de opkomst en de terugloop van de massale bijeenkomsten te duiden. Ongetwijfeld heeft het te maken met de snelle ontwikkelingen in de jeugdcultuur. Deskundigen zijn van mening dat er elke vijf jaar een omslag plaatsheeft. De eerste bezoekers van de jeugdkerken zijn inmiddels twintigers die zich tussen zwingende tieners niet thuis voelen. Elke nieuwe generatie jongeren heeft de behoefte zich te profileren. De massaliteit spreekt de huidige generatie tieners blijkbaar minder aan dan de vorige. Jongeren hebben opnieuw behoefte aan intensieve contacten in een kleine groep. Dat is ook de trend in het gebruik van netwerken zoals MSN en Hyves, waar veel zich in besloten digitale kring afspeelt.

Het is zorgelijk dat de beleving van de jongeren zo snel wisselt dat het onmogelijk wordt hen vast te houden. Zelfs ultramoderne jeugdkerken zijn na vijf jaar al weer ouderwets. Het is echter ook niet uitgesloten dat de terugloop met de magere inhoud te maken heeft. De jeugdkerken waren opgezet met de bedoeling ook onkerkelijke jongeren te bereiken. Inhoud en vorm waren daarop afgestemd. In de praktijk werden de zalen echter gevuld met kerkelijke jongeren die ook wel eens iets anders wilden. Een religieuze happening mag dan wel eens voor een keer aantrekkelijk zijn, als er niets te leren valt, haken jongeren af. Zo bezien is de teloorgang van de jeugdkerken ook positief te duiden. Blijkbaar gaan jongeren naar de kerk om iets te leren!

Jongerenavonden
Hetzelfde signaal gaat uit van een recent onderzoek naar de methode van Willow Creek, een megakerk in Chicago, waaruit blijkt dat er wel grote scharen bereikt zijn, maar dat het effect van de boodschap op de praktijk van het leven bijna nihil is geweest. „Als je sterke, oprechte, volwassen volgelingen van Christus wilt, dan is de ”seeker sensitive” benadering een mislukking”, aldus Bill Hybels zelf in een reactie. Het voortdurend bieden van een religieus bubbelbad ontneemt jongeren en ouderen blijkbaar hun verantwoordelijkheid en belemmert hen bij de groei in het geloof.

In reformatorische kring worden, naast het werk van de plaatselijke jeugdverenigingen en de landelijke jongerenorganisaties, op verschillende plaatsen speciale jongerenavonden belegd. Al sinds 1991 belegt de Stichting Reformatorische Bezinningsavonden (SRB) op zaterdagavond interkerkelijke bijeenkomsten voor jongeren in Amersfoort, Goes en Rotterdam. Lezingen worden meestal door een predikant verzorgd, er is gelegenheid om vragen te stellen en na het afsluiten van de avond kan er nog wat worden gezongen bij het orgel. In juli 2000 zijn jongeren uit de Alblasserwaard begonnen met het houden van jongerenavonden. Daaruit kwam de Stichting Reformatorisch Appèl (SRA) voort. En stichting Jij Daar belegt avonden in Doorn en Apeldoorn waar reformatorische jongeren massaal op afkomen.

De onderlinge verschillen zitten vooral in de sfeer. Bij Jij Daar worden ook andere liederen dan psalmen gezongen en worden ook andere muziekinstrumenten dan het orgel gebruikt. Er is een groot beeldscherm en videofragmenten worden op internet (YouTube) gezet.

Positief-kritisch
Sommige kerkelijke gemeenten reageren kritisch op inhoud en stijl. Het zou inderdaad jammer zijn als reformatorische ’jeugdkerken’ afbreuk doen aan het kerkelijke jeugdwerk. Het is belangrijk dat jongeren binnen de plaatselijke gemeente gelegenheid hebben voor ontmoeting, Bijbelstudie, gesprek en vriendschap. Maar jongeren zijn mobiel en rijden gerust twee keer een uur voor een programma dat hen aanspreekt.

Er mogen best kritische vragen gesteld worden over de inhoud. Door een al te brede insteek kan de reformatorische boodschap van vrije genade onder druk komen te staan. Het is wel jammer als kritiek blijft steken in een negatieve en afwerende houding zonder dat er een open gesprek mogelijk is. In dat gesprek zou nog wel eens kunnen blijken dat er een gezamenlijke zorg is voor het geestelijk leven onder de jongeren. Het is beter om positief-kritisch betrokken te zijn en waar mogelijk inhoudelijk bij te sturen. Wie de genoemde avonden bezoekt, ontdekt dat er onder jongeren veel klassieke vragen leven over de toe-eigening van het heil.

De jeugdkerken houden de kerken een spiegel voor. Hoeveel aandacht is er in de erediensten voor jongeren? In de preek worden de kleine kinderen vaak rechtstreeks aangesproken, tieners overkomt dat zelden. Als het gebeurt, is het vaak een waarschuwing. Het kan voor een predikant heel vruchtbaar zijn om in het proces van de voorbereiding van een preek een gesprek te hebben met een groepje jongeren om te peilen welke vragen er bij hen leven.

Veel predikanten zullen ontdekt hebben dat het gebruik van e-mail voor de communicatie met jongeren laagdrempelig is. Zij komen daardoor gemakkelijker met hun vragen bij de dominee dan vroeger. Waarom zou het ook niet andersom kunnen? Een predikant zou zijn catechisanten gerust eens via de e-mail een Bijbelgedeelte kunnen voorleggen om te ontdekken welke vragen dat oproept. Als die vervolgens in de preek worden verwerkt, vergroot het de betrokkenheid van de jongeren. Vragen die de jongeren hardop stellen, leven vaak ook onbewust bij een oudere generatie.

Muziek in de kerk
Misschien zijn er ook onnodige drempels. Het is een goede gereformeerde traditie om alleen psalmen te zingen in de eredienst. De berijming van 1773 en de melodieën uit Genève hebben generaties gesticht. Toch is het psalmboekje in de meeste gemeenten erg dun, omdat steeds dezelfde psalmen worden opgegeven, terwijl de rest nauwelijks gebruikt wordt. Er zijn ook eigentijdse berijmingen van de psalmen, die qua tekst en melodie jongeren aanspreken. Lied 244 uit de bundel Opwekking, ”Welzalig de man die niet wandelt in de raad van de goddelozen”, is bovendien zuiverder dan de oude berijming, die beweert dat God het oog van Zijn genade wendt naar hen die oprecht en rein van zeden, met vaste gang het pad der deugd betreden; deugdzaam verlichtingschristendom.

Het gebruik van muziekinstrumenten is erg afhankelijk van cultuur en traditie. Enkele Schotse kerken weren alle instrumenten, omdat het Nieuwe Testament ze niet kent. De oudtestamentische muziek behoort tot de ceremoniële wet. Dat is helemaal in de lijn van Calvijn. Om allerlei praktische redenen is in de Nederlandse kerken het orgel ingevoerd - een goede begeleiding van de gemeentezang is iets om God voor te danken. Maar wie het orgel in de eredienst accepteert, kan geen principiële bezwaren hebben tegen het gebruik van andere muziekinstrumenten.

Wie vernieuwing ter wille van de jongeren bepleit, moet zich wel realiseren dat de jeugddiensten in middenorthodoxe en synodaal gereformeerde kerken ook zo begonnen zijn. Er werd een lied toegevoegd dat niet in het Liedboek stond, er mocht gebruikgemaakt worden van alternatieve muziekinstrumenten, er kwamen muzikanten op een podium en er werd meegeklapt. Het heeft in deze kerken uiteindelijk tegen de leegloop weinig geholpen.

Inhoud centraal
De terugloop van de jeugdkerken bewijst opnieuw dat het om de inhoud moet gaan. Blijvende bezinning is nodig. In veel gemeenten groeit een kloof tussen kerkdienst en jeugdwerk. Alles wat principieel kan en mag, hoeft daarom nog niet ingevoerd te worden. Wat haal je overhoop? Onrust in de gemeente kan een legitieme reden zijn om het bij het oude te houden. Maar jongeren mogen niet door starheid in de knel komen.

Binnen de kerkelijke gemeente moet ruimte zijn voor de jongeren. Ze moeten zich er welkom weten, ook al zullen ze zich er misschien niet helemaal thuis voelen. Reformatorische kerken doen er vooral goed aan om zich te concentreren op dat waar ze goed in zijn: de verkondiging van het Woord, de prediking van Gods genade voor goddelozen. Hun talent mogen zij niet in een zweetdoek verbergen. In de taal van de jeugdkerken: preaching is core business.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer