Topman Citigroup treedt af
NEW YORK - Topman Charles Prince van de grootste Amerikaanse bank, Citigroup, trad zondag af na een spoedbijeenkomst van de raad van bestuur in New York.
Het vertrek van Prince kwam niet als een verrassing, nadat Citigroup over het derde kwartaal een winst van 2,2 miljard dollar bekendmaakte. Dat betekende concreet een winstdaling van 60 procent, die voor een belangrijk deel was toe te schrijven aan een verlies van 6,5 miljard dollar in de hypotheeksector.Prince liet daarop weten dat het ergste voorbij was, dat de verliezen voor Citigroup „beperkt” zouden blijven en dat het vierde kwartaal weer een „normale winst” te zien zou geven.
Maar dat kwam anders uit. De bank maakte vorige week bekend dat er in de hypotheeksector waarschijnlijk nog eens 8 tot 11 miljard dollar afgeschreven zou moeten worden, waardoor het vierde kwartaal mogelijk negatief afsluit.
Dat betekende het einde voor de 57-jarige Charles Prince, die voor de grote institutionele aandeelhouders nooit een werkelijke vervanger is geweest van de legendarische Sanford Weill, die via tal van overnames van Citigroup in twintig jaar tijd een megaconcern maakte.
Prince nam in 2003 Weills functie van algemeen directeur over en in 2006 werd hij ook nog voorzitter van de raad van bestuur. Twee functies die in de VS vaak gecombineerd worden. Sinds Prince in 2003 aantrad in de topleiding, zakte het aandeel van Citigroup met 20 procent, tot het vrijdag afsloot op 37,73 dollar.
„Dat betekent in feite dat de grote aandeelhouders door dit koersverlies van Citigroup in de afgelopen jaren veel meer geld kwijtraakten dan de miljarden dollars die het bedrijf nu moet afschrijven vanwege de krediet-annex-hypotheekcrisis. Daarom zaten deze grote institutionele beleggers te wachten op een gelegenheid om van Prince af te komen en was dit het geschikte moment om hem beleefd maar dringend te verzoeken om op te stappen”, aldus David Resler, chef-econoom van beursmakelaar Nomura Securities.
Daarmee werd Prince het tweede slachtoffer van de kredietcrisis, nadat topman Stanley O’Neal van Merrill Lynch vorige week opstapte vanwege een vergelijkbaar miljardenverlies voor deze investeringsbank.
De dagelijkse leiding van Citigroup wordt nu tijdelijk waargenomen door Winfried Bischoff, die momenteel aan het hoofd staat van Citigroup Europa. Voorzitter van de raad van bestuur wordt voormalig minister van Financiën Robert Rubin (onder president Clinton).
De 69-jarige Rubin kwam in 1999 bij de bank als internationaal adviseur voor Sanford Weill. Volgens sommige bronnen binnen de bank zou hij geen belangstelling hebben voor de gecombineerde functie van voorzitter van de raad van bestuur plus de functie van algemeen directeur.
Rubin noemde Citigroup zondag „in beginsel kerngezond, maar de kredietcrisis stelt ons duidelijk voor grotere problemen dan wij aanvankelijk voorzagen.”