Advocaten gezinsvoogd Savanna willen vrijspraak
DEN HAAG (ANP) – De advocaten van de gezinsvoogd in de zaak–Savanna hebben vrijdag voor de rechtbank in Den Haag vrijspraak voor hun cliënt bepleit. Het Openbaar Ministerie (OM) eiste donderdag een voorwaardelijke werkstraf van 150 uur tegen de voogd. Volgens justitie heeft zij schuld aan zwaar lichamelijk letsel van Savanna.
Het OM liet de beschuldiging dood door schuld vallen. Het 3–jarige meisje uit Alphen aan den Rijn overleed in september 2004 na jarenlang verwaarloosd en mishandeld te zijn door haar moeder en stiefvader.Advocaat Simeon Burmeister noemde het „onbegrijpelijk" dat het OM de gezinsvoogd vervolgt. „Uit drie zeer deskundige onderzoeken, waaronder van de Inspectie Jeugdzorg, is gebleken dat niet één persoon kan worden aangewezen als schuldige voor de dood van Savanna", aldus de raadsman.
Volgens zijn collega Brigitte Roodveldt was sprake van falende hulpverlening bij diverse mensen. Justitie schendt met de vervolging van de voogd het gelijkheidsbeginsel, zo bepleitte de advocate.
Roodveldt vindt het onrechtvaardig dat met de kennis van nu wordt teruggekeken op de gebeurtenissen in 2004. „Hulpverleners die voor de dood van Savanna nooit klachten hadden bij de gezinsvoogd, zeggen nu ineens allerlei mishandelingen te hebben gezien".
Het OM verwijt de gezinsvoogd dat ze Savanna in mei 2004 niet uit huis plaatste, nadat haar moeder daar in een fax om gevraagd had. De advocaten bepleitten vrijdag dat er geen enkel verband is tussen dit nalaten en de mishandelingen en uiteindelijke dood van Savanna.
Burmeister verwees naar een recente beslissing van het OM in de zaak van de Schipholbrand. Twee bewaarders lieten tegen de voorschriften in de deur open staan van de cel waar de brand uitbrak. Door de extreme omstandigheden kon ze dit volgens het OM echter niet worden aangerekend. „De gezinsvoogd heeft naar eer en geweten gehandeld. Maar stel dat ze toch fouten heeft gemaakt, dan nog is ze niet schuldig aan de mishandelingen van Savanna", aldus de raadsman.
Het is voor het eerst in Nederland dat een gezinsvoogd strafrechtelijk verantwoordelijk wordt gesteld voor falende hulpverlening.