Kamer steunt vrijgeven ozb-tarief
DEN HAAG (ANP) - Gemeenten krijgen definitief de vrijheid om de hoogte van hun onroerendzaakbelasting (ozb) zelf vast te stellen. Een wetsvoorstel hiertoe krijgt steun van de Tweede Kamer.
Over de wijze waarop buitensporige tariefstijgingen moeten worden bestreden, verschillen staatssecretaris Bijleveld (Binnenlandse Zaken) en de Kamer echter grondig van mening.De staatssecretaris wil dat de ozb-opbrengst van alle gemeenten samen in 2008 met maximaal 3,75 procent stijgt ten opzichte van dit jaar. Breekt hun gezamenlijke ozb-opbrengst door dit plafond, dan grijpt Bijleveld in via een korting op het gemeentefonds.
Alle Kamerfracties hebben donderdag tijdens een debat over het ozb-voorstel hun onvrede uitgesproken over het gehanteerde plafond. Zij vrezen dat goedwillende gemeenten gedupeerd worden door gemeenten die hun ozb-tarieven te fors verhogen. Het CDA spreekt van een „ernstig bezwaar”, terwijl de SP de methode als „onrechtvaardig” bestempelt.
De zogenoemde macronorm zou er volgens partijen ook toe kunnen leiden dat gemeenten hun ozb-tarieven extra verhogen om mogelijke kortingen op het gemeentefonds bij voorbaat te compenseren.
Bijleveld zegt niet te verwachten dat gemeenten onzorgvuldig of onverantwoord zullen omgaan met de ozb-tarieven. „De ontwikkeling van de ozb-opbrengst zal niet boven het criterium van het kabinet uitgaan”, constateert ze aan de hand van een enquête die onder gemeenten is gehouden.
De staatssecretaris is bereid de kritische Kamerleden enigszins tegemoet te komen. Als een Kamermeerderheid dat vraagt, zal Bijleveld kijken of ze meer gericht kan ingrijpen in het gemeentefonds, zodat niet alle gemeenten de dupe worden van exorbitante ozb-stijgingen elders. Een verzoek van PVV en VVD om zover te gaan gemeenten individueel te korten, wijst ze echter van de hand.
Probleem is dat het ozb-plafond geen onderdeel uitmaakt van het wetsvoorstel om de vaststelling van ozb-tarieven weer bij de gemeenten te leggen, zoals dat tot enkele jaren terug ook het geval was. Het gaat om bestuurlijke afspraken met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Het parlement wil op dat vlak de vinger aan de pols kunnen houden.