Buitenland

Demonstratie in de „laatste dictatuur van Europa”

MINSK - Demonstreren in Wit-Rusland, de „laatste dictatuur in Europa”, is niet zonder gevaar. Zaterdag hield de oppositie een pro-Europamars in de hoofdstad Minsk. Angst was er de oorzaak van dat de opkomst klein was.

John Klein
17 October 2007 11:39Gewijzigd op 14 November 2020 05:11
MINSK - Demonstreren in Wit-Rusland, de „laatste dictatuur in Europa”, is niet zonder gevaar. Zaterdag hield de oppositie een pro-Europamars in de hoofdstad Minsk. Angst was er de oorzaak van dat de opkomst klein was.Foto John Klein
MINSK - Demonstreren in Wit-Rusland, de „laatste dictatuur in Europa”, is niet zonder gevaar. Zaterdag hield de oppositie een pro-Europamars in de hoofdstad Minsk. Angst was er de oorzaak van dat de opkomst klein was.Foto John Klein

„Die met die oordopjes, dat zijn KGB’ers.” Vadim knikt met zijn hoofd naar rechts. Stevige mannen in zwartleren jassen lummelen aan de staart van de optocht die zojuist van het politiek beladen Oktoberplein is vertrokken. Toen president Loekasjenko de uitslag van de verkiezingen vorig jaar met manipulaties in zijn voordeel besliste, sloegen tegenstanders in het centrum van Minsk een tentenkamp op dat na een week hardhandig werd verwijderd. Anders dan in Rusland heeft de Wit-Russische veiligheidsdienst haar oude naam behouden.Het zijn voor het grootste deel jongeren die gehoor hebben gegeven aan de oproep van oppositieleider Alexandr Milinkiewicz, de belangrijkste uitdager van Loekasjenko bij de verkiezingen vorig jaar, om zich te verzamelen en het verbod te negeren. Vadim, een 25-jarige programmeur, vindt het te riskant. Bij eerdere demonstraties wist hij ternauwernood aan arrestatie te ontsnappen. Hij stelt voor om door het park naar de buiten het centrum gelegen Academie der Wetenschappen te lopen, vanwaar de demonstratie op deze winderige maar heldere zaterdag officieel begint.

De gezamenlijke Wit-Russische oppositie wil met een ”Mars voor Europese waarden” onderstrepen dat ze achter de door Loekasjenko afgewezen EU-voorstellen voor meer samenwerking met Wit-Rusland staat. De demonstratie wordt dan ook nauwlettend door ’Europa’ gevolgd, door pers en ambassades.

Alhoewel de demonstratie officieel is toegestaan, heeft het regime-Loekasjenko geprobeerd de voorbereidingen op allerlei manieren te verstoren. Het weerbericht voor de dag van de demonstratie voorspelde storm en sneeuw; tientallen politieke activisten, meest jongeren, zijn de afgelopen week opgepakt en vastgezet; internetpagina’s van oppositiepartijen waren plotseling niet meer beschikbaar en de vicepresident van het Europees Parlement werd de toegang tot Wit-Rusland geweigerd. „De vergunning voor de demonstratie kan op het laatst nog ingetrokken worden”, reageert Vadim wantrouwend. Veel van zijn vrienden zijn uit angst dan ook thuisgebleven.

Zijn wantrouwen is echter ongegrond. Op de trappen en tussen de zuilen van de academie hebben zich ettelijke duizenden mensen verzameld. Ze dragen blauwe EU-vlaggen mee, sommige met ”Belarus” erop, en de verboden Wit-Russische kleuren, rood-wit-rood. Tussen de toespraken van politieke leiders als Lebedko en Milinkiewicz klinkt het ”lang leve Belarus”. Een jonge vrouw met een trendy zonnebril heeft net als haar vriendin de oude nationale vlag om zich heen geslagen. „Die symboliseert onze onafhankelijkheid. Loekasjenko heeft hem tien jaar geleden afgeschaft”, zegt Olga (20). Ze is taalstudente aan de universiteit van Minsk en weet dat demonstreren haar haar studieplaats kan kosten, een sanctie die veel andere studenten ervan weerhoudt aan de demonstratie deel te nemen. „Maar ik wil vrij zijn en kunnen reizen waarheen ik wil, en dit regime maakt dat onmogelijk”, motiveert ze haar aanwezigheid.

De demonstratie richting het afgelegen Vriendschapspark verloopt rustig. Politie is nauwelijks te zien, slechts enkele wagens begeleiden de stoet. Sommige bewoners langs de route hangen hun eigen wit-rode vlag over het balkon. De eerste stoet met voornamelijk jongeren heeft zich van de officiële demonstratie afgesplitst en krijgt zelfs de gelegenheid om het verkeer te blokkeren en de politieagenten in de auto’s te provoceren door net te doen alsof ze hen wil duwen. De geheime politie, meestal niet moeilijk herkenbaar, houdt zich afzijdig.

Maikel, softwareontwikkelaar, loopt met drie collega’s mee in de stoet. Hij zegt dat demonstraties normaal gesproken door veel politie worden begeleid. „En die agenten zijn dan niet aardig, die hoef je niet aan te spreken.” Vandaag is het anders omdat Loekasjenko de ogen van Europa op zich gericht weet, vermoedt hij. „En hij is meer en meer op Europa aangewezen voor onze economie nu we niet meer op goedkoop gas vanuit Rusland kunnen rekenen.”

Voor de computerexperts symboliseert de EU vrije verkiezingen, vrijheid van meningsuiting en open grenzen. Veel hoop dat de demonstratie dat dichterbij brengt hebben ze echter niet. „Slechts 10 procent van de bevolking beschikt over internet, dus de meeste Wit-Russen krijgen alleen staatspropaganda te horen. Mensen zijn bang en denken alleen aan hun eigen hachje”, verwoordt Maikel de opvatting van de vier. De opkomst stelt hen, net als Vadim, teleur. Vadim gelooft dat de demonstratie te weinig mensen bereikt om wat te veranderen. „Ik ben hier vooral om mensen met dezelfde opvattingen te ontmoeten. Zonder deze contacten hou je het in dit land niet uit.” De afsluitende bijeenkomst in het Vriendschapspark in een buitenwijk laten ze voor wat het is. De demonstratie gaat als een nachtkaars uit omdat de ”militia”, zoals de politie zich noemt, de geluidsinstallatie in beslag heeft genomen.

Teleurstelling tekent ook de stemming op het hoofdbureau van de Verenigde Burgerpartij, een van de belangrijkste Wit-Russische oppositiepartijen. „We hadden op 20.000 demonstranten gerekend”, bekent jongerenleider Michail Pashkevich. Onafhankelijke bronnen houden het op 6000 betogers. Pashkevich denkt dat velen de gevestigde oppositieleiders te angstig vinden tegenover de machthebbers. Dat zo’n duizend jongeren het waagden de officiële route van de betoging te verlaten, geeft hem echter hoop. Maar net als veel demonstranten is hij van mening dat de massa pas echt bereid is de straat op te gaan als het economisch nog slechter gaat. En dat kan snel het geval zijn. Mensen in Wit-Rusland moeten zich met minder dan 200 euro per maand redden. „Uit geldgebrek moet het regime nu ook nog alle mogelijke sociale voorzieningen voor studenten, gepensioneerden en oorlogsslachtoffers afschaffen. Het raakt de helft van de bevolking. Het is cynisch om te moeten hopen dat de verwarming in flatgebouwen nog een tijdje uitgeschakeld blijft, maar het is onze grootste kans. Belangrijker dan protesteren is voor ons misschien wel het juiste moment aanvoelen om de onvrede te mobiliseren”, aldus de jeugdige politicus.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer