Minister Hirsch Ballin van Justitie komt begin volgend jaar met een nieuwe wet op de dubbele nationaliteit. In een brief aan de Kamer zette hij vrijdag alvast zijn plannen uiteen. Iedere vreemdeling die Nederlander wil worden, moet in principe zijn oude nationaliteit opgeven. Die regel gaat ook gelden voor buitenlandse kinderen die hier op jonge leeftijd zijn komen wonen en op hun achttiende het Nederlanderschap aanvragen.De wet zal uitzonderingen kennen voor „complexe” gevallen, zei premier Balkenende vrijdag. Zo kunnen Marokkanen hun oude nationaliteit niet opgeven. Voor Turken kan dat ook tot problemen leiden.

De coalitiepartijen zijn tevreden met de plannen van het kabinet. „De dubbele nationaliteit wordt zo meer uitzondering dan regel”, aldus CDA-Kamerlid Sterk. CU-Kamerlid Anker is tevreden, omdat het kabinet een amendement van de ChristenUnie in het wetsvoorstel zal verwerken. Dat amendement beoogt te voorkomen dat immigranten met een Nederlandse partner hun dubbele nationaliteit moeten opgeven.

De oppositie daarentegen is ontevreden met het aangekondigde wetsvoorstel. „Dit is slechts een kabouterstapje in de goede richting, terwijl we eigenlijk een reuzensprong moeten maken”, meent PVV-leider Wilders. „Dit voorstel lost het probleem niet op. Ik wil dat niemand Nederlander kan worden als hij nog een andere nationaliteit heeft.” Wilders wil het kabinet volgende week in een spoeddebat manen verdere stappen te nemen.

VVD-Kamerlid Zijlstra vindt de reikwijdte van het wetsvoorstel eveneens te summier. „Dit is natuurlijk heel erg beperkt. We laten een groot aantal groepen ongemoeid.” VVD en PVV vinden dat Nederland geen coulance moet hebben voor buitenlanders die door regelgeving in hun land van herkomst de nationaliteit niet kunnen opgeven.

Ook SP’er De Wit is kritisch. „Dit zal in de praktijk niet veel betekenen, temeer omdat de uitzonderingen om de tweede nationaliteit niet op te geven overeind blijven.”

Mensen met een dubbele nationaliteit kunnen in de toekomst nog steeds de politiek in. Wilders is daar tegen. Kort na het aantreden van het kabinet poogde hij de staatssecretarissen Albayrak (van Turkse komaf) en Aboutaleb (uit Marokko) uit hun ambt te laten zetten.