Evangelie bereikt verste poolstreken
BARNEVELD - „Het Evangelie gaat uit naar de uiteinden van de aarde. Het is een bemoediging voor de heidenen die uit dit Schriftwoord horen dat ze niet vergeten zijn.” Dat zei de Russische evangelist Roman Toeljoepa zaterdag tijdens de jaarlijkse ontmoetingsdag van stichting Friedensstimme in Barneveld.
Zo’n 1100 mensen bezochten de dag, die in het teken stond van ”Worden als een kind”.Toeljoepa werd in 1989 vanuit het Noord-Russische Nadym uitgezonden naar het schiereiland Sjo-Jacha. Samen met zijn vrouw Lilja en hun drie kinderen werkt hij ruim 600 kilometer boven de poolcirkel, waar het negen maanden van het jaar winter is. „We hebben daar 270 dagen van het jaar sneeuw.”
De toendrabewoners hangen vooral het sjamanisme aan. Velen zijn in de ban van hun afgoden en doen aan voorouderverering. Ook kinderen vereren speciale popjes als heiligen en doen er moeilijk afstand van als ze in aanraking komen met het Evangelie. „Kinderen vergissen zich gemakkelijk, maar kunnen ook op kinderlijke wijze de Heere Jezus aannemen”, zo vertelde Toeljoepa over het werk onder de Nentsen.
De rendiervolken voeren een nomadisch bestaan en overnachten in tsjoems (tenten). Je weet dus nooit waar ze morgen staan, aldus de evangelist. Het Evangelie vindt ingang, ook onder deze noordelijke volken, wat blijkt uit het verbranden van afgoden en amuletten.
Toeljoepa: „Er zijn in Rusland nog miljoenen die nooit van Christus gehoord hebben en verkeerde voorstellingen van Hem hebben. Er is veel onkunde. Mensen lezen de Bijbel, maar zetten deze soms naast hun afgoden. Je ziet de blijdschap bij mensen als ze aangeraakt worden door de Heilige Geest en dan ook direct gedoopt willen worden. Er heerst onder hen bezetenheid, die alleen door vasten en bidden kan verdwijnen.”
De bezoekers konden zaterdag de brochure ”Liefde voor Jamalo-Nentsie” aanschaffen, samen met een dvd over het werk onder de Nentsen.
Kinderwerk
De Russin Amalia Schick, betrokken bij kinderwerk onder de baptisten, vertelde over haar werk. „Het kenmerk van kinderen is dat zij heel eenvoudig zijn en ook doen wat God op hun hart legt”, zo typeerde zij de aard van kinderen.
De basis van het kinderwerk lag in de tijd van de vervolging. „Juist zij die betrokken waren bij het kinderwerk werden opgepakt. God heeft het lijden echter willen omzetten in zegen. De vrijheid van godsdienst kan nu gebruikt worden om kinderen over God te vertellen. Er zijn ook veel voorbeelden van kinderen die door God gebruikt zijn om volwassenen tot de Heere te leiden.”
Schick dankt de aanwezigen voor het meeleven en het sturen van literatuur. „We kennen elkaar niet, maar de Heilige Geest verbindt ons en daarom zijn we toch één met elkaar.”
Er zijn nu meer dan honderd kinderkampen die jaarlijks zo’n 20.000 kinderen bereiken. Van hen bestaat 10 procent uit ongelovigen, stelde Peter van den Dool, medewerker van Friedensstimme. „Er zijn ook speciale kampen met ongelovigen, maar ook veel gemengde.”
Een video toonde zaterdag hoe ruim 200 kinderen op een kinderkamp de hele dag bezig zijn met allerlei activiteiten, waarbij spelen, zwemmen, Bijbelstudie en zingen elkaar afwisselen.
De ontmoetingsdag werd geopend door ds. W. N. Middelkoop, voorzitter van Friedensstimme. „God gaat door met Zijn werk tot boven de poolcirkel”, zei hij, „en maakt verloren kinderen tot volgelingen, opdat het uiteindelijk één Vader en één schare van kinderen zal worden.”
Prof. dr. W. H. Velema benadrukte tijdens de middagopening dat het voor iedereen nodig is om als kinderen te blijven leven, in heiligheid en in dienst aan de Heere.
Aan de ontmoetingsdag verleende medewerking het koor en orkest van de Russische baptistengemeente van Gerolstein. Voor kinderen was er ’s middags een apart programma. Ze konden in poolkleren poseren op een sneeuwscooter.