Pak kindersekstoerisme strenger aan
Nederlandse toeristen die in het buitenland kleine kinderen misbruiken, kunnen bijna straffeloos hun gang gaan, schrijft Lucien Stöpler. Nederland moet volgens hem meer prioriteit geven aan het opsporen en bestraffen van kindersekstoeristen.
De meeste toeristen die naar ontwikkelingslanden in Azië, Afrika of Zuidoost-Europa gaan, zijn wel eens onaangenaam geconfronteerd met het beeld van kleine kinderen die zich verdringen om oudere mannen die hun aandacht, geld en cadeautjes geven voor seks. Achter dat beeld schuilen niet alleen wanhopige armoede en moreel verval, kindersekstoerisme is bovendien een miljardenindustrie geworden die gevoed wordt door de vraag van daders omdat ze in deze landen nagenoeg allemaal ongestraft blijven.Nederland heeft internationale verdragen ondertekend waarin het belooft om kindersekstoerisme te helpen bestrijden door samen te werken met andere landen bij het oppakken en bestraffen van daders. Precies vijf jaar geleden is er zelfs een wet aangenomen die Nederland de mogelijkheid geeft om toeristen die kinderen in het buitenland misbruiken, te kunnen vervolgen. Maar als het erop aankomt is er nauwelijks prioriteit voor de uitbuiting van kinderen. Er is in de regio Zuidoost-Azië bijvoorbeeld, waar beruchte landen als Thailand, Cambodja en de Filipijnen onder vallen, maar één agent die alle zaken waarbij Nederlanders betrokken zijn, waarneemt. Hij is niet in staat om bijvoorbeeld de Cambodjaanse politie bij te staan als er een Nederlandse verdachte is; sterker nog: de agent is niet bekend in Cambodja, de autoriteiten zouden niet weten wie ze moeten bellen voor samenwerking of bijstand.
De vervolging van de meest ernstige misdrijven tegen kinderen wordt daardoor overgelaten aan de opsporingsinstanties in de landen zelf. Onderzoek wijst uit dat zij de mankracht en de middelen niet hebben om kindersekstoeristen op te sporen en als ze er toevallig op één stuiten, dan is voor meer dan 90 procent van de daders een kleine omkoopsom voldoende om zich vrij te kopen en het land te verlaten.
Ondersteuning
Politieagenten die deskundig zijn op het gebied van zedendelicten moeten in alle wereldregio’s worden gestationeerd om daadwerkelijk ondersteuning te kunnen verlenen aan agenten als die uit Cambodja. Uit gesprekken met betrokken agenten blijkt dat ze zonder die ondersteuning nauwelijks onderzoek doen naar kindersekstoeristen. Terwijl elke veroordeling van een kindersekstoerist betekent dat er minder aanbod van jonge kinderen zal komen om zich te prostitueren.
Nederland moet bijdragen aan de ontwikkeling van een capabele en integere politiemacht in landen waar de straffeloosheid voor deze gruweldaden hoog is. Op een langere termijn moeten ontwikkelingslanden zorgen dat ze veilig worden, en geen vrijstaat voor criminelen. Nederland mag, net als de bevolking daar, nooit gewoon vinden dat kindermisbruikers daar nu eenmaal minder kans op vervolging hebben.
In Nederland moet er meer prioriteit komen voor het onderzoeken en opsporen van kindersekstoeristen. We denken het liefst: wat we niet zien dat is er niet. Toch geeft de Nederlandse politie aan dat ze maar wat graag de ruimte zou krijgen om meer te rechercheren naar kindersekstoeristen. Het is aan de minister van Justitie om dit goed te keuren.
We kunnen niet toekijken terwijl we onze misdaad exporteren. Laten we de kans van een betere toekomst voor ontwikkelingslanden in de handen van gezonde kinderen aangrijpen.
De auteur is kinderrechtenmedewerker bij Terre des Hommes.