Boeven vangen met een glimlach
Mede Titel: ”Piet Polies en de wilde achtervolging”
Auteur: Kaschogo!
Uitgeverij: The House of Books, Vianen/Antwerpen, 2007
ISBN 978 90 443 1999 6
Pagina’s: vanaf vier jaar; € 12,95. Meer informatie: www.pietpolies.nl.
Held van het verhaal is Piet Polies. Samen met zijn helpster Julia Seinpaal scheurt hij achter een boef in een gele sportauto aan. Als de man niet verder kan, geeft hij gas en komt recht op Piet af. Ook het derde deel in de serie over Piet Polies is gebaseerd op een waargebeurde strafzaak. De succesvolle politieman Piet Polies is hoofdpersoon in de kinderboeken van het drietal Floris Kappelle, Aart Schotte en Rijk de Gooyer. Kappelle is tekstschrijver en conceptmaker, Schotte is advocaat en De Gooyer is artdirector en illustrator. Het drietal opereert onder de auteursnaam ”Kaschogo!”, een samenstelling van de beginletters van hun achternamen.
De illustraties in de boeken over de ’zaken’ van Piet Polies zijn een mix van foto’s en tekeningen. De omgeving -weg, politiebureau, gevangenis, ambulance, stadhuis- is gefotografeerd. De figuurtjes -Piet Polies, zijn vader, de boef, de brandweercommandant etc.- zijn getekend. Dat geeft een grappig effect.
Uniek is ook dat de boeken gebaseerd zijn op arresten van de strafkamer van de Hoge Raad. Zo stoelt het eerste deeltje, ”Piet Polies en de giftige taart” (2004) op het onder juristen bekende arrest Hoornse taart uit 1911. Wel worden de arresten aangepast, zegt advocaat Schotte, die kantoor houdt in het charmante kasteel Moersbergen even buiten Doorn. „In deze zaak ging het om een giftige taart die bij de marktmeester van Hoorn werd afgeleverd. De huishoudster had er wel zin in, nam er een hap van en viel dood neer. In ons boekje gaan we minder ver: Nicolientje wordt alleen maar heel erg ziek. Ze loopt groen aan en moet naar het ziekenhuis. Het moet niet te hard worden voor kinderen. Wel komt er in elk deeltje een boef voor, die ook steevast in de gevangenis belandt.”
Bijna brand
Schotte noemt de boeken over Piet Polies een „uit de hand gelopen grap. „Het begon eigenlijk met de vraag van mijn dochtertje, toen nog vier: pap, wat voor werk doe jij eigenlijk? Ik help boeven, zei ik toen. Boeven hebben iets verkeerds gedaan, maar het zijn ook mensen, legde ik haar uit. Intussen merkte ik dat er voor kleine kinderen bijna geen boeken over politiemannen waren. Toen mijn oudste en beste vriend voorstelde om een jeugdboek te maken, was ik gelijk enthousiast.”
In de boeken over Piet Polies wordt op een voor kinderen begrijpelijke wijze uitgelegd wat boeven zoal ter verdediging aanvoeren. In de zaak van de giftige taart zegt de boef bijvoorbeeld: „Ja, maar dat meisje heeft toch zélf van die taart gegeten? Had ze maar niet moeten snoepen.” Schotte: „Kinderen vinden dat heel begrijpelijk, ze zijn het er ook mee eens. Het is een bekend, logisch argument. Tegelijk vinden kinderen toch ook dat de boef gestraft moet worden. Had-tie maar geen gif in de taart moeten doen.”
Het tweede boek, ”Piet Polies en de boef met de aansteker” uit 2006, past goed bij de toegenomen terrorismedreiging. Daardoor heeft justitie meer middelen gekregen om het voorbereiden van misdaden aan te pakken. In het boekje weet Piet met behulp van een groepje kinderen uit de buurt te voorkomen dat een boef brandsticht. Maar is dit wel een échte boef? Hij heeft immers de brand nog niet aangestoken? Het arrest dat model stond voor dit boek was de Eindhovense brandstichting. Schotte: „Je ziet hierin mooi de spanning tussen het voorbereidingshandelen en, zoals dat in juridisch jargon heet, de vrijwillige terugtred. De man bouwt bij een voordeur een ontplofbare installatie, compleet met ontstekingsmechanisme. Hij gaat weg (vrijwillige terugtred) maar komt later terug om zijn bom aan te steken. Op dat moment wordt hij gepakt, met een aansteker in z’n hand. Kijk, dan kun je natuurlijk niet meer zeggen: ik was helemaal niet van plan brand te stichten. In de echte zaak is de man desondanks vrijgesproken, zeer tegen het rechtsgevoel van Nederland in. In ons boek draait-ie de bak in.”
Huilen
In het nu verschenen deel drie scheurt Piet Polies achter een snelheidsduivel in een gele sportauto aan. Plaats van handeling: het centrum van New York. Hieraan ligt het arrest van de zaak inrijden op agent uit 1951 ten grondslag. Als de man in de gestolen auto niet verder kan, geeft hij gas en rijdt met brullende motor recht op Piet af. Piet springt natuurlijk net op tijd weg, er is dus in feite niets gebeurd. Toch moet ook deze boef naar de gevangenis.
„Kinderen zitten tegenwoordig veel in de auto”, zegt Schotte, „ze weten allemaal dat je je gordel moet vastdoen en dat papa niet te hard mag rijden. Ze kunnen zich het grote gevaar van zo’n rit dan ook goed voorstellen. Regelmatig gaan we naar scholen om als Piet Polies op te treden, meestal in groep 3. Na afloop komen de kinderen dan zelf met hun ervaringen op de proppen. „Mijn vader reed ook een keer te hard.” Of: „Bij mijn oma is ook een keer ingebroken.” Soms ga ik naar groep 8, daar kun je al wat meer uitleg geven over hoe het recht werkt.”
De drie auteurs gaan om de beurt naar een school. „Meestal gaat er één van ons drie, het is voor de kinderen prettiger als de juf of de meester de boef speelt. Het is minder eng voor ze als een van de twee een bekende is. In een klas beginnen er altijd wel een paar te huilen, zo indrukwekkend vinden ze het. Je moet het allemaal heel gedoseerd brengen.” Ook op landelijke politiedagen treedt Kaschogo! op. Zo zijn ze zaterdag 13 oktober te gast bij het korps Haaglanden.
Schotte hoopt dat Piet Polies een bekend Hollands figuurtje wordt. Piet Polies is geïnspireerd op de personages Bromsnor uit Swiebertje en Veldwachter Zwart uit de Kameleon. Hij is streng, autoritair, maar ziet wel dingen door de vingers. Het gaat hem om de échte boeven. Piet Polies heeft een ouderwetse, slapstickachtige humor, de boeken moeten vooral grappig zijn. Tegelijk willen we dat ze ook veilig en educatief verantwoord zijn.”