Dat zei ds. A. J. Kunz, hervormd predikant te Katwijk aan Zee, donderdag in Barneveld op de 55e Bondsdag van Hervormde Vrouwenverenigingen op Gereformeerde Grondslag.Ds. Kunz sprak over het thema: ”Wij verwachten…”. „Wat verwachten wij?” was zijn vraag. „Hebben we niet vele toekomstplannen? En dan? Ja, wat dan?” Volgens hem geeft Petrus het antwoord. „Wij verwachten naar Gods beloften nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waarin gerechtigheid woont.”

Toekomstplannen

Wat een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zijn en hoe dat zal zijn, is volgens ds. Kunz voor velen in duisternis gehuld. „Onze toekomstplannen zijn vaak vele malen concreter”, zei hij. „Maar daarna, als we aan het eind van ons eind komen, wat dan? Onze aardse verwachtingen moeten we altijd bijstellen. Ze komen vaak maar ten dele uit. Bijbelse verwachting staat vast. Het is meer dan gevoel alleen. Bijbelse verwachting is gegrond op Gods daden, op Zijn beloften, in Zijn eigen Zoon. Die verwachting strekt zich uit naar Zijn toekomst.”

Een Bijbelse verwachting is ook bepalend voor het heden, aldus de predikant. „Het heeft alles te maken met hoe wij staan voor God. Als het goed is, staat ons leven in het licht van de eeuwigheid. De tijd is gericht op de voleinding. Eigenlijk is het einde van de tijd al aangebroken. We leven in de eindtijd. Niet dat we ons uit de wereld moeten terugtrekken. Wel moeten we ons onderscheiden van de wereld om ons heen.”

Christenen moeten zich de vraag stellen hoe zij in de tijd staan, stelde ds. Kunz. „Als christen zijn we een vreemdeling op aarde. We zijn van een Ander, van Christus.” Volgens hem verdwijnen met het toenemen van de wereldgelijkvormigheid de verwachting en het uitzien naar de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. „Terwijl het erom gaat of wij voorbereid zijn op Zijn komst.”

Nieuwe hemel

Ds. A. A. Floor, hervormd predikant te Elburg, vulde het tweede deel van het bondsdagthema in: ”…nieuwe hemelen en een nieuwe aarde”. Hij stelde de vraag hoe christenen op weg gaan naar de toekomst. „Gaan wij in de kracht van God? Zijn toekomst is immers onze toekomst. Zijn opstanding is de grond van de verwachting. Met Zijn opstanding is de nieuwe tijd aangebroken. Door de gave van de Heilige Geest mogen we deel uitmaken van de nieuwe toekomst. Daarin zal de schepping verlost worden, de aarde gelouterd worden door vuur en de glans van Gods heerlijkheid de aarde vervullen”, aldus ds. Floor.

Tijdens de forumdiscussie werd de vraag gesteld of er in de nieuwe hemel herkenning zal zijn. Ds. Floor beantwoordde die vraag bevestigend. „We zijn geschapen om elkaar te kennen. Zal dat straks anders zijn?”

Dat mensen geliefden zullen missen, daar wilde ds. Floor niet gemakkelijk „overheen wandelen.” Missen noemde hij in het licht van de nieuwe hemel echter aards denken. „Terwijl God juist dan alles volmaakt zal maken. We zullen een verheerlijkt lichaam ontvangen. Hij zal dan dingen van ons afnemen waarover we nu nog met vragen zitten. Hij zal het zo maken dat we ons zullen verwonderen. Alle tranen die we hier nog hebben, zullen dan zijn afgewist. Het zal zijn één kudde en één Herder.”

Veel vragen over hoe het in de nieuwe hemel en op de nieuwe aarde zal zijn, behoren volgens ds. Kunz tot de verborgen dingen. Op de vraag of bij de wederkomst degenen die in Christus gestorven zijn hun zonden voor ogen gesteld zullen worden of dat alle zonden dan zullen zijn weggedaan, zei ds. Floor dat voor wie in Christus gestorven is, de zonden zijn weggedaan. „In Christus zijn die immers weggenomen.”