Maybach is een nieuwkomertje op de markt. En toch ook weer niet. Het merk kan bogen op een rijke historie. Wilhelm Maybach bouwde aan het begin van de vorige eeuw zijn eerste automobiel met de naam Mercedes. Met zijn zoon Karl richtte hij in Friedrichshaven de Maybach-Motorenbau op. Hier liepen motoren voor luchtschepen, vliegtuigen, locomotieven en schepen van de band.

In 1919 begon Karl Maybach met het ontwikkelen van exclusieve topklasse-auto’s. In amper twee jaar tijd was het eerste model gereed. Tussen 1921 en 1941 verlieten zo’n 1800 auto’s de fabriek. Hoogtepunt was de Maybach Zeppelin, een 8-literlimousine met 12-cilindermotor van 200 pk. Van dit prestigieuze model zijn er 200 vervaardigd. De Tweede Wereldoorlog maakte in 1941 abrupt een einde aan het merk. Van de in totaal 1800 geproduceerde Maybachs zijn er momenteel nog 152 over.

Prinses Juliana en prins Bernhard kregen in 1937 een Maybach Zeppelin cadeau van koningin Wilhelmina ter gelegenheid van hun huwelijk. In de meidagen van 1940 moest de koninklijke familie de auto noodgedwongen achterlaten in Den Haag. Na de oorlog was het voertuig spoorloos verdwenen.

Autofabrikant DaimlerChrysler heeft het historische merk nieuw leven ingeblazen. Dit voorjaar werd het topproduct -na zestig jaar- geïntroduceerd op de autotentoonstelling in Genève. De eerste Maybach is in juli in New York gedropt. Een helikopter heeft de vierwieler in een glazen kist op Wall Street afgeleverd. Maandag is de limousine op Paleis Het Loo in Apeldoorn gepresenteerd op de Nederlandse markt.

De Maybach 62 staat te glimmen in de zon. Vloeiende lijnen in gedistingeerd donkerblauw. Een logootje met dubbele M op de verchroomde grille, dubbele koplampen, knipperlichten in de elektrisch wegklapbare buitenspiegels. De langgerekte limousine (vierzits, vierdeurs, 12-cilinder bi-turbomotor) meet maar liefst 6,19 meter. Zijn kleinere broertje mag er ook zijn. De Maybach 57 is ook altijd nog 5,73 meter lang.

DaimlerChrysler spaart kosten noch moeiten om kwaliteit en exclusiviteit te garanderen. Voor hout en leer zijn alleen de topproducten goed genoeg. De zetels lijken regelrecht uit de businessclass van een vliegtuig te zijn gehaald. De passagier kan zich daarin zacht zoevend in alle mogelijke standen onderuit laten zakken.

Toekomstige klanten kunnen virtueel hun accessoires uitzoeken. Inclusief compleet informatie- en entertainmentcentrum. Schuifdak, twee tv-schermen, 21 speakers, bar, koelvak, fax, dvd, telefoon met laptopaansluiting of vierzoneklimaatbeheersing? Op afroep leverbaar. Nieuwe eigenaars moeten niet wakker liggen van een hoge brandstofrekening. Met een gewicht van 2885 kilo loopt het verbruik op tot 15,9 liter per 100 kilometer.

Alle voertuigen worden stuk voor stuk met de hand gemaakt. Iedere werkdag verlaten vijf voertuigen de fabriek in het Zuid-Duitse Sindelfingen. Van de jaarlijkse oplage van duizend exemplaren is 40 procent bestemd voor de VS. Een kwart blijft in Europa, terwijl een kleine 20 procent zijn weg naar Azië vindt. De rest verdwijnt elders in de wereld.

De verkopen van de auto in Nederland lopen als een trein. Al voor de introductie heeft DaimlerChrysler vijftien exemplaren verkocht. „Wereldwijd bestaat er een potentiële klantenkring van 8000 mensen. Omgerekend zouden wij er in Nederland anderhalf moeten kunnen verkopen.” Ook een zakenman uit de gereformeerde gezindte behoort tot de geïnteresseerden. „Hij was onder de indruk”, verzekert een DC-medewerker.

Voor onderhoud hoeft een eigenaar -of zijn chauffeur- niet naar de dealer. Voor een kleine beurt wordt de Maybach discreet per vrachtwagen opgehaald en thuisgebracht. Is dat niet mogelijk, dan wordt de auto per speciale container naar de fabriek verscheept of gevlogen. De fabrikant heeft op afroep specialisten -„flying docters”- paraat.

De doelgroep voor Maybach is exclusief. „Onze prospects bevinden zich in de top van de zakenwereld, politiek en maatschappij”, zo omschrijft salesmanager Leon Hustinx eufemistisch. Zijn collega Johannes Reifenrath formuleert de doelgroep in het huisorgaan een tikkeltje scherper: „Het is een automobiel voor de superrijken. Een Maybach is bestemd voor mensen die alles al hebben. Bijvoorbeeld zeven auto’s. Of een derde huis in Monaco.” Collega Steve Diehl vult aan. „Het gaat niet om de man met een helikopter, maar om iemand met een verzameling heli’s.” Met het oog op deze klantenkring komt volgend jaar een gepantserde versie op de markt.

Het prijskaartje van de Maybach is even slikken. De 57 kost af fabriek een dikke 310.000 euro, terwijl DaimlerChrysler voor de 62 iets meer dan 360.000 euro vraagt. „Bij de 62 komt er in Nederland nog eens een BPM bij ter waarde van een Mercedes-S-klasse”, waarschuwt communicatiemanager Huub Dubbeldam. De nettoprijs voor een 62 schommelt daarmee rond de 589.000 euro. De 57 doet daar met 507.000 euro niet veel voor onder.

Niet iedereen kan én wil zo veel geld neertellen voor zoveel opgepoetst aards slijk. ”Van Calvijn mag het”, grapt DaimlerChrysler in een reclame voor Mercedes. Maar met zo veel materialisme móét Calvijn moeite hebben gehad.