Dat heeft staatssecretaris Dijksma van Onderwijs maandag gezegd tijdens de opening van het academisch jaar aan de hogeschool in Hengelo. Volgens haar is dat een van de manieren om het onderwijs naar een hoger plan te tillen. „Ik ga stimuleren dat leraren bij elkaar in de klas komen”, zegt Dijksma. Zondag kondigde zij al aan samen met leraren, schoolleiders en bestuurders „de kwaliteit van onze basisscholen een extra impuls te geven.”Uitgangspunt is docenten en schoolleiders beter te ondersteunen. „Het zijn immers de docenten die de sleutel in handen hebben voor meer kwaliteit”, stelt zij. Later deze week komt een commissie onder leiding van voorzitter Rinnooy Kan van de Sociaal-Economische Raad (SER) met voorstellen om het beroep van leraar aantrekkelijker te maken.

Dijksma wijst docenten op het belang van de testen die de voortgang van leerlingen meten. Ze vindt dat leraren meer lering moeten trekken uit de resultaten van de toetsen.

Om het onderwijs verder te verbeteren, concentreert Dijksma zich vooral op de lessen taal en rekenen. Op dit moment heeft zeker een op de tien leerlingen aan het einde van de basisschool nog steeds problemen met lezen. Verder zijn kinderen minder goed geworden in optellen, aftrekken en vermenigvuldigen.