Scheiding
De apostelen en andere gelovigen hebben zich steeds werkzaam getoond in een gedurig gebed. Zij baden zonder ophouden, dag en nacht strijdende in het gebed.
Vraagt u naar de reden, vrienden, waarom de Heere u soms zo lang laat wachten eer Hij Zijn hulp uit Sion zendt, zodat de gelovigen gedrongen worden hun gebeden te vermenigvuldigen? Die oorzaak is verschillend. Het is omdat wij soms kwalijk bidden en de rechte gestalte niet brengen voor het reukaltaar, zoals een geestelijk offeraar betaamt. Men komt soms met een onbereid hart, dat niet ootmoedig, noch verbrijzeld is over zijn zonden, maar eer trots en opgeblazen is in zichzelf. Men nadert met ongewassen handen. Ik bedoel zulke handen die nog bemorst zijn met ongerechtigheden. Het hart is nog dikwijls opgepropt met boze lusten van het vlees, vol van nijd en vijandschap tegen zijn naasten.Zo maken onze zonden een scheiding tussen God en de ziel. Zij beletten onze gebeden dat ze tot de hemel kunnen doordringen. Ook gaat men tegen de regel van het gebed in en bidt meer om zijn eigen belang of werelds voordeel dan om de bevordering van Gods eer. Dat laatste moet het hoogste doel van ons gebed zijn.
Wihelmus Themmen, predikant te Arnhem (”Nuttige samenspraken”, 1736)