„Herstel oude dijken maakt Nederland niet veiliger”
UTRECHT (ANP) - Het versterken van historische dijken maakt Nederland niet zonder meer veiliger voor overstromingen. Dat blijkt uit een computersimulatie die geowetenschapper Dinand Alkema van de Universiteit Utrecht heeft gemaakt voor drie gebieden in Europa. De oude dijkrestanten, wegen, taluds en viaducten hebben wel veel invloed op de manier waarop een gebied overstroomt.
Dat heeft de universiteit dinsdag laten weten. Alkema promoveert vrijdag op zijn onderzoek. Hij simuleerde overstromingen in het land van Maas en Waal (bij Nijmegen), in Duitsland en Italië en vertaalde de uitkomsten zodat ze door burgemeesters, beleidsmakers en andere overheidsmedewerkers gebruikt kunnen worden.„Uit de simulaties komen kaarten met watertypes en stroomsnelheden van het water. Daar kan een burgemeester niet zo veel mee. Die wil weten hoelang het duurt voor het gebied vol is gestroomd met water en hoe hoog het water komt. Door een vertaalslag te maken, kunnen die gegevens nu ook uit de al bestaande modellen worden gehaald”, aldus Alkema.
Hij berekende een ’worst case scenario’ met de maximale waterstanden in de Rijn en Maas zoals die worden voorzien in 2050. Nederland heeft dan alle capaciteit voor wateropslag gebruikt, als een dijk doorbreekt bij Nijmegen. „Het duurt in dat geval twee dagen voor het hele land van Maas en Waal volstaat met water. Er is dus best tijd om op de ramp te reageren”. Ook berekende hij dat de kracht die het water heeft erg varieert. „De huizen van mensen die vlakbij de bres in de dijk wonen worden beschadigd. Maar verderop in het gebied kunnen bewoners waarschijnlijk prima terugkeren als het water is gezakt”.
Ander voordeel van de door Alkema gemaakte vertaalslag is dat risico’s beter in kaart zijn te brengen. „Je kunt de schade vergelijken die verschillende overstromingen veroorzaken, maar ook het aantal slachtoffers”.