Binnenland

Per dag70 kilometer rolstoel rijden

DELDEN - Een gewone vierdaagse is het niet. En dat moet het ook niet worden, zegt Bert Schoenmaker uit Arnhem. Hij is een van de ruim 160 deelnemers aan de Twentse Rolstoelvierdaagse, die vrijdag werd afgesloten in Delden. „Hier kom je actieve gehandicapten tegen. Dit is geen evenement voor wie het leuk vindt om achter de geraniums te zitten.”

27 July 2007 22:39Gewijzigd op 14 November 2020 04:58
DELDEN – In Delden was vrijdag de intocht van de Twentse Rolstoelvierdaagse. Ruim 160 deelnemers legden 15, 30, 50 of 70 kilometer per rolstoel af. Het evenement werd voor de 21e keer gehouden. Foto RD
DELDEN – In Delden was vrijdag de intocht van de Twentse Rolstoelvierdaagse. Ruim 160 deelnemers legden 15, 30, 50 of 70 kilometer per rolstoel af. Het evenement werd voor de 21e keer gehouden. Foto RD

Vrijdagmiddag, 15.30 uur. Luid applaus klinkt in de straten van Delden. Tientallen rolstoelers rijden triomfantelijk in optocht door het stadje. Allen hebben er een drukke week op zitten. Routes van 15, 30 of 50 kilometer rondom Delden zijn afgelegd.Dertien doorzetters hebben per dag een route van maar liefst 70 kilometer bedwongen. „Voor het eerst”, zegt voorzitter Saskia Ros van de Stichting Twentse Sportbelangen, organisator van de Twentse Rolstoelvierdaagse. „Bij wijze van proef hebben we twee jaar geleden op twee dagen een route uitgezet van 70 kilometer. Dat bleek toen een succes, daarom was het dit jaar voor het eerst mogelijk om vier dagen lang deze afstand af te leggen.”

De Twentse Rolstoelvierdaagse werd voor de 21e keer gehouden. Vorig jaar was de hitte spelbreker en werd het evenement afgelast. Dit jaar streden de deelnemers met de elementen. „Vooral met tegenwind is het hard werken”, zegt deelnemer Theo Lodewyck uit Aalten. Hij bestuurt een racehandbike, waarmee zijn rolstoel wordt omgetoverd in een snel vervoermiddel op drie wielen. Met zijn handen zorgt hij voor de aandrijving. „Spierpijn? Daarvan heb ik geen last. Ik heb goed geoefend.”

In de loop der jaren leerde Lodwyck de omgeving van Delden op zijn duimpje kennen. „De routes zijn meestal hetzelfde. Ik weet al ruim van tevoren waar een afslag is.” Het is niet het belangrijkste om het parcours zo snel mogelijk af te leggen. Volgens Lodewyck is de vierdaagse in de eerste plaats een sociaal gebeuren. „Voor mij is dit een weerzien van bekenden. Door de jaren heen ontstaat een band.” Lodewyck doet voor de elfde keer mee. Normaal rijdt hij 50 kilometer, maar deze keer houdt hij het bij 30. „Twee weken geleden lag ik nog op bed. Op een reis in Nigeria heb ik een bacterie opgelopen die me nu nog parten speelt. Daarom doe ik het graag wat rustiger aan.”

Bert Schoenmaker uit Arnhem legde met zijn speciale, verlaagde sporthandbike in totaal 280 kilometer in vier dagen af. „Hier kom je actieve gehandicapten tegen. Dit is geen evenement voor wie het leuk vindt om achter de geraniums te zitten”, lacht hij. „Voor de 70 kilometerrit zijn een goede conditie en snelheid maken belangrijk.” Schoenmaker ging vrijdag om 09.30 uur van start, maar was al voor 14.00 uur bij het laatste verzamelpunt voorafgaand aan het defilé door Delden. „De organisatie vroeg of iedereen wilde proberen voor 14.30 uur, uiterlijk 15.00 uur, binnen te zijn. Dus heb ik extra gas gegeven.”

Marjan Hegen uit Doetinchem reed de routes samen met haar man. Zij in de rolstoel met handbike, hij op de fiets ernaast. „Ontzettend leuk”, noemt ze de vierdaagse. „Je voelt je nu eens niet bekeken als rolstoeler. Er zitten hier zo veel mensen in een rolstoel dat het helemaal niet opvalt.” De tweede dag van de vierdaagse vond Hegen de moeilijkste. „Na de eerste dag heb ik me niet laten masseren. De volgende dag had ik me toch een last van mijn schouders.” Een dag later ging het beter. „Ik ben geen opgever. Voor mij is de 15 kilometer lang genoeg. Ieder moet doen wat hij kan. Ik train het hele jaar door, volgende keer ben ik er zeker weer bij.”

Voor Saskia Ros van de organisatie begint direct na de vierdaagse alweer de voorbereiding voor de editie van 2008. „We zijn er ongeveer een jaar mee bezig. Zo’n 120 vrijwilligers uit de regio Delden zorgen dat alles vlekkeloos verloopt. Een vierdaagse voor rolstoelers vergt heel andere zaken dan voor valide personen. Sowieso moeten alle wegen en paden goed begaanbaar zijn. Een zandweg kan dus niet. En de rustpunten moeten ruimte hebben voor 160 rolstoelen en ten minste één rolstoeltoilet.”

Ros, zelf geen rolstoelgebruiker, kent de tocht niet uit ondervinding. Wat er dan zo mooi aan is om je ervoor in te spannen? „Kijk maar naar de lachende gezichten van de deelnemers. Ik heb nog geen wanklank gehoord.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer