Van Middelkoop lanceert zijn plan in een interview in De Telegraaf van zondag. De timing van zijn uitlatingen is niet toevallig. Deze week buigt het kabinet zich in het kader van de begrotingsvoorbereidingen weer over de uitgaven voor volgend jaar.Hoewel Defensie in het regeerakkoord 500 miljoen euro extra kreeg toebedeeld, is de financiële toestand bij de krijgsmacht nijpend. De extra baten zijn allang verdeeld, terwijl de missie in Uruzgan en noodzakelijke investeringen het leger op hoge kosten jagen.

Van Middelkoop kan wat extra geld daarom heel goed gebruiken. In het interview met De Telegraaf stelt de bewindsman dat zijn collega-ministers oog hebben voor zijn noden. „Ik merk in alles dat er van al mijn collega’s in het kabinet serieuze betrokkenheid is bij wat we in Afghanistan doen.” En, doelend op minister Bos van Financiën: „Ook van de PvdA.”

Om structureel meer geld voor Defensie los te krijgen, pleit Van Middelkoop in het interview voor een koppeling tussen het Defensiebudget en de economische groei. De krijgsmacht krijgt al sinds 1990 gemeten naar het bruto nationaal product (bnp) steeds minder geld. „Dat moet een keer stoppen.” De bewindsman wil voor zijn departement een vergelijkbare constructie als voor Ontwikkelingssamenwerking. Dat ministerie krijgt standaard 0,81 procent van het bnp en kan daardoor enorme sommen geld uitgeven. Van Middelkoop zou graag zien dat ook Defensie voortaan een standaardpercentage van het bnp krijgt.

CDA’er Knops ziet niets in dat plan. „Dan zouden we dat ook bij andere departementen moeten doen, maar dan wordt het geld niet efficiënt besteed.” Hij wijst er op dat de NAVO zijn lidstaten aanbeveelt 2 procent van het bnp apart te zetten voor de krijgsmacht. „Dat betekent 6 miljard euro er bij. Dat is ondenkbaar.” Defensie heeft nu 7 miljard euro te besteden.

PvdA en SP zijn tegen het plan van Van Middelkoop. Die krijgt wel steun van de VVD. Kamerlid Boekestijn: „Wij zijn uitermate blij met de suggestie van de minister. Maar het is niet voldoende. De geplande bezuinigingen zijn immers niet van de baan.”

In het interview gaat Van Middelkoop ook in op zijn verspreking van tien dagen terug, toen hij publiekelijk verklaarde dat Nederland de „intentie” heeft om de Uruzganmissie te verlengen. Volgens critici maakte hij het daarmee voor Nederland moeilijker om een NAVO-partner te vinden voor de missie. De minister bestrijdt dat: „Zo naïef zijn andere landen niet. Dat is allang weer vergeten.”