Dit zei ds. H. Lassche zaterdag tijdens de jaarlijkse zendingsdag van de hersteld hervormde gemeente in Harskamp.Ds. H. Lassche, hersteld hervormd predikant in Ouddorp, sprak naar aanleiding van het slot van het Mattheüsevangelie, waar het zendingsbevel wordt gegeven. Hoewel Mattheüs begint met te schrijven dat de Zaligmaker uit de Joden is, wordt hier de blik verruimd tot de verste heidenen, zo zei de Ouddorpse predikant.

„De twijfelende, wankelmoedige discipelen wordt moed ingesproken. Dit geldt voor alle zendelingen. Zendelingen mogen weten dat het werk door de drie-enige God wordt gesteund. De volken worden tot discipelen gemaakt. De doop wijst erop dat heidenen hun zondige leven loslaten en met Christus in een nieuw leven opstaan.”

Ds. A. den Hartog uit Kesteren mediteerde over 1 Korinthe 15:3 en 4. De hoofdgedachte van zijn toespraak gaf ds. Den Hartog op rijm weer: „De prediking die Paulus deed horen, heeft thans niets in kracht verloren en het komt in de Schriften naar voren.”

Wie zich op zending wil bezinnen, doet er goed aan bij de grote heidenapostel te rade te gaan, zo stelde de Kesterense predikant. „Paulus preekte niet over zijn visioenen en bijzondere openbaringen, maar over Jezus Christus, Die geleden heeft, gestorven, begraven en opgestaan is overeenkomstig de Schriften. Dit is ook nu nog de kern: met Christus sterven, om ook met Hem te leven. Zonde, verdriet en opzien tegen sterven zijn van alle tijden. Daarom is de inhoud van Paulus’ prediking nog steeds actueel.”

Ds. N. P. J. Kleiberg uit Achterberg hield een toespraak over Psalm 87. Volgens ds. Kleiberg wisselen en veranderen alle dingen, maar Psalm 87 gaat over de stad Gods, hoe deze is gebouwd op een vast fundament en wie de inwoners zijn.

Jeruzalems tempel werd verwoest. Daarom moet deze psalm gaan over het geestelijke Sion, gebouwd op het goddelijke fundament, aldus ds. Kleiberg. „Christus’ werk is dat enige fundament met eeuwige vastheid. Toen deze psalm werd gedicht, was het heil uitsluitend voor het bondsvolk Israël. Toen al moest deze psalm als een vergissing in de oren hebben geklonken. Hoe kon het dat over aartsvijanden van Israël als ingezetenen wordt gesproken? Denken wij ook niet al te gauw dat alleen wij de tempel Gods zijn en dat met het binnenhalen van buitenstaanders alleen maar ellende komt?”

Als Gods Geest in het hart schijnt, ontwaakt het besef hoe vijandig de mens tegenover God is. „God gaat door tot aan de voltooiing om vijanden en vervloekten aan dat gebouw als stenen toe te voegen.”

Ds. J. C. den Ouden uit Rijssen sprak over de Goede Herder uit Johannes 10. Slechte herders hebben geen hart voor de schapen, goede herders wel, stelde de predikant. „Goede herders wilden de schapen wel heldhaftig verdedigen, maar niet tot in de dood.”

Jezus, de enige Goede Herder, wist echter al van tevoren dat Hij Zijn leven zou geven. In vers 14 en 15 staat behalve een herhaling dat Hij de Goede Herder is, een betekenisvolle uitbreiding. „Hij spreekt over de liefde binnen God. De Vader wil verlorenen redden, maar Jezus weet dat de Vader geen afstand van het recht kan doen. Daarom stelt Hij Zijn leven voor de schapen.”

Hier ligt volgens ds. Den Ouden de oerbron van de liefde voor verloren zondaren en tegelijk ook de oorsprong van alle zending. „Christus legt Zijn leven vrijwillig af. Hier ligt de troost, omdat niemand zich waardig maakt dat Jezus dit voor hem of haar zou doen. Jezus gaat wel in het gericht, maar Hij komt vanwege Zijn Godheid niet in dit oordeel om. Hij zal sterven en weer opstaan om de schapen het leven te geven.”

Ds. B. Reinders uit Harskamp verzorgde de opening en de sluiting van de zendingsdag.