PvdA en ChristenUnie kritisch over ontslagplan
DEN HAAG (ANP) – Het kabinetsplan om ontslagvergoedingen te beperken, is door regeringspartijen PvdA en ChristenUnie kritisch ontvangen. Tweede Kamerlid Hamer (PvdA) waarschuwt dat ouderen, lagere en middeninkomens niet teveel mogen worden benadeeld. De ChristenUnie blijft bij haar oude standpunt dat een aanpassing van het ontslagrecht eigenlijk niet nodig is.
ChristenUnie-Kamerlid Ortega kondigde aan CDA-minister Donner (Sociale Zaken) woensdag tijdens een Kamerdebat over het onderwerp flink aan de tand te voelen. Hamer wil uitsluitsel dat vooral topinkomens worden aangepakt en de positie van flexwerkers juist wordt versterkt.Het kabinet wil de wettelijke ontslagvergoeding beperken tot maximaal een jaarinkomen. Voor lagere inkomens blijven ontslagvergoedingen van meer jaarsalarissen mogelijk. Daarbij geldt een maximum van 75.000 euro voor werknemers die jonger zijn dan 40 jaar en hooguit een ton voor ouder personeel.
Donner zei dinsdag aan werkgevers en vakbonden in de Stichting van de Arbeid voor 1 september om advies te hebben gevraagd. Samen met ondernemers vindt hij dat het ontslagrecht soepeler moet om de arbeidsmarkt beter te laten functioneren. Werkgevers zouden eerder personeel aannemen als ze er makkelijker vanaf kunnen, maar vakbonden geloven dat niet.
Werkgeversorganisatie VNO–NCW is blij dat het kabinet nu de knoop doorhakt en hoopt dat Donner erin slaagt wetgeving al per 1 januari 2008 te wijzigen. FNV, CNV en MHP zijn teleurgesteld en menen dat vooral de gewone, loyale werknemer wordt getroffen. FNV–bestuurster Wilna Wind spreekt van een kil plan.
Vorige week lukte het tijdens de participatietop niet overeenstemming te bereiken met de sociale partners over het onderwerp. Donner hoopt dat sociale partners het nu wel eens worden. „Maar we vragen om advies, niet om instemming", stelde hij.
Door in de wet ontslagvergoedingen te maximeren, krijgt volgens Donner zowel de werkgever als werknemer duidelijkheid. Nu bepaalt de kantonrechter nog de ontslagvergoeding. Die valt dan vaak hoger uit dan in het kabinetsplan.
Volgens Donner wordt maar een „klein segment" getroffen door de beperking van de gouden handdruk, omdat 80 procent van de werkenden een jaarsalaris tot 50.000 euro heeft en mensen steeds kortere dienstverbanden kennen. Volgens PvdA–minister Wouter Bos (Financiën) ondervinden vooral de topinkomens nadeel. De gemiddelde ontslagveroeding is op dit moment volgens hem 22.000 euro.
Het kabinet wil ook het verschil tussen tijdelijke contracten en vaste aanstellingen verkleinen. Werkgevers gebruiken volgens Donner door starre ontslagregels in toenemende mate flexwerkers. Dat leidt tot onzekerheid. Straks moeten tijdelijke contracten meer mogelijk worden, maar krijgt de tijdelijke kracht wel een vergoeding mee als deze alsnog op straat wordt gezet.
Verder is het volgens Donner van groot belang dat de beroepsbevolking beter wordt opgeleid. Daarvoor komt een wederzijdse scholingsplicht. Werkgevers die investeren in hun personeel kunnen de scholingskosten met maximaal een kwart van de ontslagvergoeding aftrekken.
CDA-Kamerlid Eddy van Hijum noemt het kabinetsplan een goede aanzet. De partijgenoot van Donner is vooral te spreken over de koppeling met scholing en de stimulering van werkgevers om te investeren in hun personeel.
De SP, de grootste oppositiepartij, meent dat de minister van de arbeidsmarkt „een carrousel" maakt, waarin „werknemers koopwaar worden". Ook stelt SP’er Paul Ulenbelt dat topinkomens buiten schot blijven, omdat zij hun gouden handdruk toch wel weten zeker te stellen.