Waarom doe je dit werk?
„Het is in de eerste plaats interessant om in Sudan te zijn en mee te beleven wat hier gebeurt, op plaatsen te komen waar je anders niet zo snel zou komen en dingen te zien die je anders niet zo snel zou zien. Daarnaast worden door het werk dat we doen mensen die in erg moeilijke omstandigheden leven geholpen, waardoor de kwaliteit van hun leven verbetert.”Op welk punt zie je vooruitgang?
„Het is moeilijk om in de huidige situatie van Darfur over vooruitgang te spreken. Er is veel geweld en het aantal vluchtelingen neemt nog steeds toe. Wel is het zo dat door ons werk de omstandigheden van vluchtelingen in Darfur verbeteren. Kinderen kunnen hierdoor naar school en mensen krijgen toegang tot schoon drinkwater.”

Hoogtepunt?
„Een hoogtepunt is wanneer je ziet dat in een vluchtelingenkamp veel kinderen naar school gaan en hun opleiding ook succesvol met een examen af ronden.”

Teleurstelling?
„In Gereida, een van de plaatsen waar we in Darfur werken, werden in december 2006 twee andere organisaties aangevallen. Auto’s en andere spullen werden gestolen, en er werd ook geweld gebruikt. Als gevolg daarvan hebben we net als vrijwel alle organisaties die daar werkten, ons werk moeten stilleggen. Er bevinden zich zo’n 100.000 vluchtelingen in Gereida. Zij worden hierdoor voor een groot deel aan hun lot overgelaten.”

Ben je kerkelijk betrokken?”
„In Noord-Sudan is de zondag een gewone werkdag, en daardoor is mijn betrokkenheid bij een kerk beperkt.”

Speelt geloof een rol om daar te gaan werken?
„Het christelijk geloof inspireert me om hier te werken. Maar deze relatie is minder eenduidig, omdat het geloof geïntegreerd is in de persoon die ik ben. Verder spelen, zoals ik eerder heb aangegeven, ook andere redenen een rol voor me om hier te werken.”

Waar verwonder je je over?
„Dat mensen die door geweld uit hun dorpen verjaagd zijn, een groot deel van hun bezittingen verloren hebben en in een vluchtelingenkamp terechtgekomen zijn, waar ze onder vaak moeilijke omstandigheden leven, in staat zijn om met goede moed door te gaan met hun leven. Daarnaast verwonder ik me over de gelijktijdigheid van enerzijds het leven van mensen in vluchtelingenkampen die onder erbarmelijke omstandigheden leven, en anderzijds het leven van mensen in grote welvaart.”

Wat vind je moeilijk in het contact met de bevolking?
„Als Nederlander ben je een buitenstaander in Sudan, door verschil in culturele achtergrond, taal, religie en huidskleur. Dit zorgt ervoor dat er een afstand tussen mij en de Sudanezen bestaat.”

Wat ervaar je als gemakkelijk?
„Deze vraag vind ik moeilijk te beantwoorden, want ik ervaar niet veel dingen als gemakkelijk hier in Sudan.”

Mis je Nederland?
„De laatste negen jaar heb ik vooral in Afrika gewoond. In algemene zin mis ik Nederland niet. Wel mis ik soms familie en vrienden, en ook de mogelijkheid om met vrienden vanuit een soort wederzijds begrip over verschillende aspecten van het leven te praten en na te denken.”

Zin om terug te gaan?
„Ik vind het wel prettig regelmatig in Nederland te komen, met name vanwege de hierboven genoemde dingen, maar ik heb niet het gevoel dat ik per se weer in Nederland wil wonen, hoewel ik op een gegeven moment waarschijnlijk wel weer voor langere tijd in Nederland zal zijn.”

Naam: Arno Louws
Geboren: 20 september 1973
Werkt voor: ZOA Vluchtelingenzorg
Standplaats: Khartoem (Sudan)
Sinds: 1 februari 2005

(De serie wordt na de zomer op 6 september voortgezet.)