Zorg voor logische verkeersregels
Herkenbaar: een auto type GT, geblindeerde ramen, blauwe achterlichten die de snelheidslimieten negeert. Vreemd genoeg doet de overheid niets aan dit soort excessen, vindt Erik de Pooter
. Volgens hem lijkt de overheid er liever voor te kiezen goedwillende verkeersdeelnemers te straffen met extreem lage snelheidslimieten. De Pooter plaatst enkele kanttekeningen bij het beleidsconcept ”Duurzaam veilig verkeer”. In Nederland is sedert 1973 de verkeersveiligheid flink verbeterd, van destijds 3000 verkeersdoden naar 1100 nu. Nog steeds te veel, maar op weinig beleidsterreinen is zo veel vooruitgang geboekt. De laatste tijd komen er echter regels bij die niet worden begrepen. Een maximumsnelheid van 30 kilometer per uur op een doorgaande weg door de kom leidt tot onbegrip. In beginsel is deze snelheid voor binnen de kom bedoeld voor woonwijken, om de verkeersveiligheid in de woonstraatjes te verhogen. Daarnaast draagt deze regel bij in het weren van doorgaand verkeer uit woonstraten.
Buiten de bebouwde kom geldt iets soortgelijks. Iedereen accepteert dat op typische landbouwweggetjes, lintbebouwing, buurtschappen, recreatieterreinen en dergelijke een maximum van 80 kilometer per uur onvoldoende de verkeersveiligheid garandeert. Een limiet van 60 is hier terecht een goed compromis tussen redelijke reistijd en verkeersveilige afwikkeling. Maar alleen als verbindingswegen tussen de woonkernen, die dus (ook) een interlokale functie hebben, als zodanig aangewezen blijven en dan ook verkeersaantrekkelijk worden gehouden. Zodat weggebruikers niet meer kiezen voor die kleine, smalle weggetjes. Wegen die dorpen en steden met elkaar verbinden, moeten daarom de 80-km/h-status behouden. Het met de snelheid van een ”begrafenisstoet” doorsukkelen van deze wegen draagt niet bij tot het doel.
Het eventuele probleem wordt veelal veroorzaakt door een gering deel van de weggebruikers, lieden die zich toch al niet houden aan de geldende 50- of 80-km-limiet. Laatst werd ik op een weg waar binnenkort 30 als maximumsnelheid geldt, netjes 50 rijdend nog gepasseerd door een auto met minstens 30 kilometer snelheidsverschil. Herkenbaar: GTI-type, geblindeerde ramen en met blauwe (!) achterlichten. Middelvingertje omhoog: langzame slak! En deze langzame slak moet zich straks schuldig gaan voelen omdat hij ineens 20 km te hard rijdt?
Vreemd genoeg wordt aan dit soort excessen niets gedaan. De overheid lijkt er liever voor te kiezen de (meeste) goedwillende verkeersdeelnemers te straffen met extreem lage snelheidslimieten. De individuen die zich nu al niet aan de 50 houden, zullen zich straks ook niet aan de 30 houden. Of ze zullen, daartoe gedwongen door nog meer drempels en bobbels, zo opgefokt raken dat het gas erop gaat zodra zich de mogelijkheid ertoe voordoet. Met dit -menselijke- verschijnsel houdt het verkeersveiligheidsbeleid absoluut geen rekening.
Drempels
Om de snelheid in overeenstemming te brengen met de inrichting van de weg komen er drempels. Drempels die vervolgens voor iedereen hinderlijk zijn. Ook en vooral voor degenen die hun snelheid van nature al aanpassen aan het doel van de weg. Nu zijn er legio 30-km-zones die met 30 km niet te nemen zijn, of met schade en overmatige slijtage aan het voertuig. En die pijnlijk zijn voor je bejaarde moeder met haar slechte rug. Bij woonstraatjes, waar je niets te zoeken hebt, zijn drempels nog verdedigbaar. Maar zelfs als je kiest voor de geëigende -vaak de enige nog overgebleven- route, ook dan word je geconfronteerd met drempels en obstakels die plaatselijk tot (veel) lagere snelheid dwingen dan noodzakelijk is. Het steeds optrekken en afremmen geeft een hogere milieubelasting en energieverbruik. En u kent het gevaar voor de ambulance en de hulpdiensten.
Wat een zegen als motorvoertuigen met een systeem voor Intelligente Snelheidsaanpassing (ISA) worden uitgerust! Wat zal het uiteindelijk aan kosten schelen! Nergens geen drempel meer nodig. Geen irritante flitskasten of lasergunners achter de bosjes! Gelijkmatige, veilige snelheid - wat een comfort! Helaas blijft het bij een enkel proefproject, zoals in Tilburg. Wel geslaagd en zeer hoopgevend, maar er gebeurt verder niets mee. Ga voor een snelle implementatie, de techniek maakt het mogelijk. Tel daarbij de mogelijkheden die zo’n ISA schept voor:
- Gedifferentieerde snelheidslimitering. ’s Nachts, zonder fietsende schooljeugd een hogere snelheid.
- Voertuigafhankelijke limitering: brandweer en ambulance rijden door! Of nog verdergaand: notoire brokkenmakers of beginnende automobilisten krijgen een lagere toegewezen limiet.
- Vermiste of gestolen voertuigen zijn beter te traceren.
ISA lijkt het ei van Columbus, maar krijgt niet de aandacht die zij verdient.
Ik onderschrijf op zich de doelstellingen van het beleidsconcept ”Duurzaam veilig verkeer”. Ik wil me graag aan regels blijven houden. Zo ben ik opgevoed. Maar nuanceringen zouden op hun plaats zijn. Doordraven draagt niet bij tot het doel. Zorg voor een logische maar acceptabele snelheidsregulering. Maak dat weggebruikers zich er ook aan wíllen houden. Handhaaf vervolgens die regels conform, maar leg daarbij de nadruk op de excessen en op de werkelijke veroorzakers van het kwaad. Laat de goeden niet onder de kwaden lijden. Automobilisten zijn geen misdadigers!
De auteur was gemeenteraadslid in de gemeente Halderberge en participeerde in de raadscommissie werken, verkeer en milieu.